Na een goede nacht werden we wakker in onze kleine tentjes. Lucia en Kilian hadden op eigen verzoek voor het eerst samen in een tent gesplapen en dat was prima gegaan.
Samen wakker worden
Na een snel ontbijt de tentjes en slaapspullen opgedoekt en alle laaste zaken ingepakt. Omdat de rit naar het Ibis hotel in Dijon maar drie uur in beslag neemt besloten we om nog lekker te gaan zwemmen en te lunchen aan het meer om nog even een laatste blik op het Mont Blanc massief te kunnen werpen. Om twee uur was het dan toch tijd om te gaan. Morgen weer in ons eigen bed in Warmetuut waar de kermis al bijna is losgebarsten.
Vakanties gaan over het algemeen best snel maar deze was voor ons gevoel echt voorbij gevlogen. De exacte reden hiervoor weten we niet, mogelijk omdat we door de enorme warmte in het begin pas laat echt wat actief werden, maar feit was wel dat het weer tijd was om alles in te gaan pakken. Gelukkig hadden we geen enkele last gehad van onze achterburen dus hadden we prima konden slapen.
Na het ontbijt kregen Luus en Kilian wat extra schermtijd terwijl papa en mama zich met het afbreken en schoonmaken van de tent en aanverwante zaken bezig hielden. Baukje en Jet kwamen gelukkig met enige regelmaat voorbij voor wat afleiding van het scherm. Om er zeker van te zijn dat we niet weer een slechte nacht zouden hebben door onze achterburen had papa nagevraagd of het mogelijk was dat we de laatste nacht onze kleine tentjes op een andere plek konden neerzetten. Dat was gelukkig mogelijk al werd door de meneer achter de balie wel medegedeeld dat we de huidige plek in twee uur ontruimd moesten hebben. Onmogelijk, maar ondanks dat braaf ja geknikt en aan de slag gegaan.
Ons nieuwe basiskamp voor een nacht
Om een uur of half vier was de grote tent afgebroken en ingepakt, alles zoveel mogelijk in aanhangwagen, kofferbak en dakkoffer gestouwd en konden we zowaar nog even een duik nemen in het meer. De avond eindigde weer eens op het terras van het camping waar we heerlijk pizza bestelden.
Voor de tweede keer waren we vergeten om brood voor ons ontbijt te bestellen waardoor we weer onze toevlucht moesten nemen tot de zoete chocolade- en honing ontbijtgranen. Het weer was vandaag redelijk en vormde een beetje de overvang tussen de sporadische nattigheid van gisteren en de mooie dagen die nog voorspeld worden. Aangezien het dus zeker geen dag was om het hogerop te zoeken besloten we om de tip te volgen van de ouders van Jet en Boukje, de meiden waar Luus en Kilian inmiddels behoorlijk close mee waren. Zij waren bij een kloof geweest waar door middel van houten bruggetjes en vlonders doorheen gewandeld kon worden, de Gorges de la Diosaz.
Aan het einde van de ochtend zetten we koers naar het beginpunt in Servoz, een klein plaatsje voor Chamonix. De ontbijtgranen begonnen zich inmiddels te wreken en hongerig besloten we om eerst op zoek te gaan naar een bakker voor “second breakfast”. Boulangerie nummer twee bleek gelukkig open en even later zaten we aan een quiche met zalm en broccoli (mama), quiche met Reblochon en aardappel (papa) en hotdogs (Lucia en Kilian). Luus vermaakte de dame van de bakkerij nog met een bescheiden streetdance-uitvoering en met gevulde magen begaven we ons naar de ingang van de kloof.
Late lunch bij de boulangerie
De wandeling door de kloof bleek gezien het aantal mensen aardig populair en na het betalen van de entree zetten we de eerste stappen op de rouet die langs vijf watervallen loopt. Regelmatig moesten we even stilstaan en plaatsmaken voor tegenliggers, zo smal was het pad op sommige momenten.
Kilian op volle vaart door de kloof
Het houten wandelpad
Vooral Kilian had er stevig de pas in en we moesten soms ons best doen om hem een beetje in de buurt te houden. Langs de route was allerlei informatie te vinden over de kloof en de aanleg van het pad. Na ongeveer een uur kwamen we aan bij het einde van de wandeling, het pad liep nog veel verder maar was niet meer geschikt voor de gemiddelde wandelaar. Het stuk wat wij hadden gelopen maakt slechts 4% uit van het totale pad door de kloof.
Voor het avondeten hadden papa en mama onder luid protest van Luus en Kilian gekozen voor een mooi stuk verse forelfilet en onder toch nog een druilerige hemel aten we het op onder de luifel van de tent. Morgen alweer inpakdag 🙁
Papa had gisteravond uit voorzorg het voorscherm voor de tent gehangen en dat bleek geen overbodige luxe. Vanochtend vroeg begon het al voorzichtig te regenen en we kropen pas laat ons bed uit. Het bestellen van brood was er gisteren bij in geschoten dus het was even zoeken naar wat eetbaars voor het ontbijt, gelukkig hadden we nog een verrassingspakket met “cereals” waar Luus en Kilian zo om hadden gevraagd. Met gezonde tegenzin zaten papa en mama even later dan ook aan de mierzoete “Honey Loops” en “Chocapic” terwijl Luus en Kilian zich vol overgave op de Caramel en Chocolade cornflakes stortten. Om de zoetigheid te compenseren vonden we onderin de koelbox gelukkig ook nog een doos eieren die op crackers gekookt en wel de weg naar binnen vonden.
Na wat sportieve ongelukjes, de bal van Kilian was meegedreven met de naburige rivier en de badmintonrackets waren ook gesneuveld in het heetst van de strijd, hadden we onze zinnen gezet op de Decathlon in Scionzier, een plaatsje op een klein half uur ten noordwesten van Chamonix. Op de weg er naar toe bleken de zoete ontbijtgranen niet afdoende te zijn geweest en we vonden snel een parkeerplek bij een markthal met daarin ook een Boulangerie. Luus, Kilian en papa kozen voor croissantjes en brownies, mama koos zonder enige aarzeling voor een tartiflette fraise die er ook wel erg lekker uitzag.
Volgende stop was de Decathlon waar inderdaad nieuwe badmintonrackets, zonnebrillen, rugzakken voor het nieuwe schooljaar en een nieuwe bal voor Kilian werden gevonden. Bij de Carrefour in Sallanches kochten we makkelijk eten in de vorm van worstjes, rouwkost en tabouleh. Een en ander werd weggespoeld met Genepi-bier, een lokaal bier waar we de eerste keer behoorlijk aan moesten wennen maar waar wat inmiddels tot onze favorieten behoort.
Een lekker groen biertje
Laat in de avond helaas weer erg veel geluidsoverlast van onze Franse achterburen, die toen we om half twaalf maar eens gingen vragen of het wat zachter kon braaf ja knikten maar vervolgens op dezelfde toon verder gingen… Zelfs Luus had er behoorljk last van, Kilian sliep er gelukkig dwars doorheen.
Ondaks dat er vanwege het voorspelde mooie weer nog wel wat plannen waren geweest waren we het er vanochtend allemaal over eens dat een dagje dobberen in het meer datgene was waar we de meeste behoefte aan hadden. De opblaas-eenhoorn en alpaca lagen alweer een aantal dagen weg te kwijnen en het lauwe water van het meer lonkte nadrukkelijk. Luus en Kilian verzorgden weer de broodjesservice en na het ontbijt pakten we op ons gemakje alle spullen in en maakten we ons klaar voor een laatste toiletbezoek. het sanitair op de camping is eigenlijk het grootste nadeel en doet nog het meest denken aan de romeinen waarbij het een sociaal gebeuren was. De schoenen van de buurman of buurvrouw in de naburige hokjes zijn duidelijk zichtbaar en een paar oordoppen zou ook heel welkom zijn….
Waar we toen we net aankwamen altijd naarstig op zoek gingen naar een schaduwplek aan de oever is het nu al zover afgekoeld dat een plek in de zon ook wel aangenaam is. Ondanks dat het zondag was bleek het met de drukte erg mee te vallen en we gooiden onze handdoeken neer aan de voet van een hoge boom. Na een uurtje zwemmen en luieren bleken ook Baukje en Jet, twee meiden uit Soest waar Luus en Kilian al mee hadden gespeeld, aan het meer te liggen.
Dobberen op Lac de Passy
De kinderen doken met z’n vieren het water in en papa en mama raakten in gesprek met hun ouders. Na een hoop geklets, nog wat waterpret en de verplichte patatjes voor de lunch slenterden we weer richting tent om de boodschappen voor het avondeten te doen (pasta, tomatensaus, gebakken champignons en geraspte kaas). De twee meiden kwamen voor het eten nog even spelen en nodigden Luus en Kilian uit om na het eten een film te komen kijken bij hun in het huisje, papa en mama werden uitgenodigd om een borrel te komen drinken.
Tablettijd voor Lucia en Baukje
Kilian en Jet
Zo gezegd zo gedaan, Luus en Kilian zaten achter De Grote Vriendelijke Reus terwijl pape en mama een biertje dronken en gezellig zaten te kletsen. Na afloop wilden we nog even in het donker naar het meer lopen vanwege de vallende sterrenregen maar vooral Kilian wilde zijn slaapzak in. Tussen de bomen door wisten we er toch nog een paar te spotten en terug bij de tent bleken de omringende buren weer druk en luid in gesprek. Ook onze nieuwe Spaanse buren presteerden het nog om ’s nachts na twaalf uur doodleuk met de autodueren te slaan…. We denken nog wel eens met weemoed aan het Franse gezin met vier kinderen dat naast ons stond…
Morgen en overmorgen waarschijnlijk regen dus dat wordt in dat geval een bezoekje aan de Decathlon.
We stonden op onder een blauwe hemel en keken elkaar blij aan toen we zagen dat onze Franse buren, het gezin met vier kinderen, aan het inpakken was. De nachtelijke uren hadden we geen enkele last van ze gehad maar overdag was het een constante sfeer van ruzie die gepaard ging met behoorlijk wat lawaai. Nou zijn we zelf absoluut niet heilig als het gaat om wat lawaaiveroorzakend conflict maar dat is heel sporadisch en dit was een continue voorstelling en wat rust op dat gebied was zeer welkom.
Mama bleek daarnaast niet te houden, bij het zien van de zon en met de gedachte aan het beperkte aantal dagen dat we nog voor de boeg hebben was er maar een optie: de bergen in en wel zo hoog mogelijk. Het kostte niet veel moeite om papa hierin mee te krijgen en de kabelbaan van de Grands Montets was de eerste keus. Deze gondel start in het plaatsje Argentiere gelegen in het dal van Chamonix en heeft als tussenstop Lognan om uiteindelijk op 3275 meter te eindigen op de Col de Grands Montets. Gezien de hoogte pakten we vooral ook de jassen en truien in en rond half elf gingen we op pad.
Dankzij de file voor Chamonix die er elk weekend staat dankzij alle toeristen duurde het bijna drie kwartier voordat we aankwamen in Argentiere. Om omhoog te kunnen moest er opnieuw 100 Euro worden afgetikt, zo’n beetje het standaardbedrag hier wanneer je met een gezin van vier een kabelbaan boekt. We stapten direct over in Lognan en stapten even later uit op meer dan 3000 meter in duidelijk koude en ijle lucht. Niet alleen de lucht maar ook het uitzicht was adembenemend en we hadden helder zicht op het Mont Blanc massief, het dal van Chamonix, de Aiguille Verte met de Glacier des Rognons.
Na uitgebreid rond te hebben gekeken, een hoop foto’s te hebben gemaakt en met onze voeten in de sneeuw te hebben gestaan namen we de gondel terug naar Lognan op ruim 1900 meter waar we het stokbrood tevoorschijn haalden.
Na de lunch was er nog genoeg tijd voor een wandeling naar de Refuge de Lognan waar we aan de soep, warme chocomel en bosbessentaart gingen met uitzicht op de enorme ijstorens van de Glacier d’Argentiere.
Om vier uur begonnen we aan de terugweg met de wetenschap dat de allerlaatste gondel om vijf uur naar beneden zou gaan. Op zich ruim op tijd maar voor Luus en Kilian was het missen van de laatste gondel zo’n schrikbeeld dat we in een recordtijd terug waren bij Lognan waar de gondel ons terugbracht bij de auto.
Kilian was euforisch bij het ontdekken van een onbekend nummerbord, hij heeft deze vakantie een totale fascinatie ontwikkeld voor het spotten van nationaliteiten op basis van het nummerbord en deze, een auto uit San Marino, was een unieke. De file bij Chamonix werd opnieuw getrotseerd en teruggekomen bij de tent waagde mama zich aan een douche, ging papa de website bijwerken en nestelden Luus en Kilian zich achter hun tablets. Voor het avondeten schoven we aan bij het restaurant op de camping voor een pizza, iets wat we dankzij het vakantiegeld van opa en oma maarliefst vier keer kunnen doen!
Morgen waarschijnlijk naar de Gorges de la Diosaz en ’s middags weer eens luieren aan “ons” meer.
Lucia en Kilian zorgden vanochtend voor het eerst zelfstandig voor de broodjesservice en kwamen netjes met de bestelde baguette en corissantjes aan. Het had tot vrij vroeg in de ochtend nog geregend maar we waren allang blij dat we geen noodweer hadden gehad zoals sommige gebieden om ons heen.
Wakker worden in de tent
Vanwege de nattigheid besloten we om binnen in de tent te ontbijten en daarna werden de rugzakken snel ingepakt. Papa had een doel gevonden in de Le Brevent gondel boven Chamonix, een tweetrapstraject dat bestond uit de Telecabine Planpraz, kleine gondels die iedereen naar 1800 meter brengen en verolgens de Le Brevent Gondel die nog eens ruim 400 meter hoger eindigt.
Om 11 uur reden we weg van de camping en na een klein half uur reden we het mondaine Chamonx weer binnen om vrij vlot een plek in de parkeergarage te vinden. De regenwolken van voorgaande dag en nacht waren nog nadrukkelijk aanwezig en het was ons ook al opgevallen dat de top van de Brevent nog in wolken was gehuld. Heel netjes werden we hiervoor ook bij de kassa gewaarschuwd: “brouillard!”. Na een kort overleg besloten we de waarswhuwing te negeren omdat er hele lichte plekken in de bewolking ontstonden en we het gevoel hadden dat dit wel eens kon doorzetten. Ruim 100 Euro lichter lieten we ons naar boven takelen en inderdaad gleden we al snel een compleet grijze wereld in. Na de tweede gondel stapten we in dezelfde omstandigheden uit om te constateren dat het welliswaar rustig was maar dat we toch zeker niet de enigen waren die de “tocht” hadden gewaagd.
In de Telecabine Planpraz
De bevestiging dat we de juiste beslissing hadden genomen duurde niet lang en na ongeveer een kwartier staken de besneeuwde toppen aan de overkant van de vallei voorzichtig hun hoofd uit de wolken. Iedereen die boven aanwezig was ging snel op zoek naar de beste fotoplek en binnen een minuut namen de wolken het weer over, een schouwpel dat zich steeds herhaalde en voor hele mooie doorkijkjes zorgde. Tijdens zo’n gat in de bewolking hadden we aan de andere kant van de berg in de diepte een meer zien liggen en ondanks een wat stroeve start van Luus en Kilian besloten we met z’n allen om daar naar toe te lopen. Zo goed en zo kwaad als het ging daalden we af van de top om te zien dat de bewoling zoch steeds verder terug trok. Het meer dat we tot doel hadden gesteld bleek toch wat te ver weg te zijn en na iets meer dan een uur afdalen zochten we een plek bij een paar piepkleine meertjes om daar wat te gaan eten. Tijdens deze lunch ontdekte mama met het blote oog in de verte een berggeit die op de rand van een graat lag te luieren. Een blik met onze verrekijker bevestigde dat het inderdaad om een berggeit ging en dat hij op dat moment ook ons nadrukkelijk aan het bestuderen was. Papa probeerde nog snel even op deze graat te komen om te kijken wat er aan de andere kant lag maar werd tegengehouden door een diepe kloof, het werd tijd om weer terug te gaan.
Wegdrijvende wolken
Aiguille du Midi
Onderweg
Poseren bij een hele grote steenman
Mama wijst naar de exacte lokatie van de nieuwsgierige berggeit
Op de terugweg namen Luus en Kilian de leiding en liepen tot verbazig van papa en mama in een noodtempo omhoog, alleen nog tegengehouden door een Japanner die vroeg hoe oud Kilian was en zo onder de indruk was van het antwoord dat hij een foto van hem nam, compleet met bergschoenen, bergstok en pet. Op de top aangekomen namen we gondel naar beneden, namen op het tussenliggende Planpraz station nog wat foto’s van het Mont Blanc-massief en begonnen aan de terugweg naar Chamonix.
Uitzicht op Chamonix en het Mont Blanc massief vanaf Planpraz
Op de terugweg werd nog snel de Joue Club speelgoedwinkel bezocht waar het laatste vakantiegeld werd uitgegeven (Schleich paardjes en een skateboard) en de Carrefour om inkopen te doen voor de ultieme camping maaltijd: pasta met tonijn, doperwten en mayonaise.
Om zeven uur zaten we elkaar vanochtend verdwaasd aan te kijken. Ons schema is zo opgeschoven dat we elke ochtend om half negen pas op gang komen en wakker worden omdat het moet viel niet mee. Zeker ook niet voor papa die ’s nachts een paar keer was wakker gemaakt door Kilian omdat hij was verdwaald in zijn dekens en in het donker de weg in zijn bed niet meer kon vinden.
Na een fluisterstil ontbijt zaten we keurig om kwart voor acht in de auto, op weg naar Le Fayet waar de Tramway du Mont Blanc zijn startpunt heeft. Dit tandradtreintje rijdt in een uur tijd van 500 meter naar het eindpunt op ruim 2300 meter, Nid d’Aigle. Onderweg is er een supermooi uitzicht op de Mont Blanc en met name zijn buurman, de Aiguille de Bionssay. Bij aankomst in Le Fayet was het al behoorlijk druk en het gezelschap was zeer divers, van japanners op gympies tot en met serieuze klimmers die zich omhoog lieten rijden om vervolgens naar de Refuge de Tete Rousse te wandelen, de laatste hut van waaruit de Mont Blanc wordt beklommen. Wij voegden ons naadloos in dit gezelschap en vonden een mooie plek in de trein.
Luus en Kilian waren maar matig enthousiast en waren blij toen we na een uur het eindpunt bereikten en de merkbaar ijlere lucht instapten. We vervolgden te voet de route naar de Glacier de Bionassay, de gletscher die zich een weg naar beneden baant vanaf de flanken van de gelijknamige vierduizender. We kwamen behoorlijk dichtbij maar merkten tegelijkertijd dat de bewolking vanuit het dal behoorlijk toe begon te nemen en dat het beneden ons al was begonnen met regenen, tot zover de betrouwbaarheid van het weerbericht…
Het stationnetje van de Tramway du Mont Blanc
In de trein
Na een snelle kop koffie in de berghut kropen we weer in de trein naar beneden en door het weer en een boze bui van Luus besloten we om geen tussenstops meer te maken en meteen helemaal af te dalen. De rest van de middag werd besteed aan boodschappen doen en plannen maken voor de komende dagen. Pas aan het begin van de avond stopte het met regenen.
Vandaag was wasdag, een dag waar mama nooit echt naar uitkijkt maar die zich onherroepelijk eens per vakantie aandient. Deze keer was het vooral het tekort aan onderbroeken voor onze jongste deelnemer die de noodzaak voor een wasbeurt duidelijk maakte. Zo gezegd zo gedaan en mama ging na het ontbijt op zoek naar een wasmachine die nog niet in gebruik was, iets dat niet mee bleek te vallen.
Lucia, Kilian en papa deden het uitermate rustig aan met spelletjes Uno bij de tent, af en toe wat eten of drinken en mentale ondersteunig voor mama die af en toe licht gefrustreerd voorbij kwam lopen als een medekampeerder zijn was weer eens niet had opgehaald. Al een aantal dagen worden we regelmatig bezocht door een lokale koolmees die zo dichtbij komt dat Luus haar de naam “Lily” heeft toegekend. Lily komt dan ook rustig de ontbijttafel bezoeken om te kijken wat er te halen valt…
Lily pikt een croissant
Naarmate de dag vorderde kondigde het onweer zich weer aan met een dreigend gerommel in de verte. Mama kreeg het toch nog voor elkaar om er twee wassen doorheen te draaien en we gingen snel nog wat boodschappen doen om pannekoeken te kunnen bakken. Ook dat lukte allemaal nog zonder regen. Bij het inpakken van de tassen ’s avonds, we gaan morgen met de Tramway du Mont Blanc omhoog, begon het toch nog lich te regenen. Morgen moet het mooi en droog zijn.
We stonden op in een natte wereld want de regenbui had tot diep in de nacht geduurd. Na een ontbijt in een voorzichtig doorkomende zon was het tijd om plannen te maken voor de dag, na twee rustige dagen achter de rug was het weer tijd voor wat actiefs. Het vinden van een geschikte wandeling viel niet mee en de keus viel uiteindelijk op de Cascade de l’Arpenaz, een waterval in het dal van Sallanches waar ook een wandelpad liep.
Het inpakken van alle spullen is altijd een intensieve klus, verzamelen van de lunch, water innpakken, alle bergschoenen, -sokken en -stokken, wandelkaart, snoepjes en zonnebrandcreme. Gelukkig is het hier compleet onnodig om ook nog warme kleding mee te nemen. Uiteindelijk was iedereen klaar om op pad te gaan en na een ritje van een minuut of twintig reden we af op een indrukwekkende verticale rotswand waar inderdaad een waterval naar beneden stortte. Dat deze al vanaf de parkeerplats zichtbaar was, was een beetje een misrekening omdat we er op hadden gerekend dat we nog een wandeling voor de boeg zouden hebben. Ondanks dat toch op slippers even de tocht naar de voet van de waterval.
Cascade de l’Arpenaz
Cascade de l’Arpenaz
Met de wandeling als sneeuw voor de zon verdwenen gingen we met de kaart in de aanslag op zoek naar een alternatief en die vonden we even verder in het dal waar bij het gehucht Bellegarde een deel van de GR96 leek te lopen. Na even zoeken voor een parkeerplek trokken we in de smorende hitte de bergschoenen aan, nog gewaarschuwd door een oude dame die ons toeriep dat het erg warm was maar dat het wandelpad wel in de schaduw lag. Dat laatste klopte gelukkig en het wandelpad slingerde zich door een dicht bos naar boven.
Wandelen in de schaduw
Volgens de bordjes was het iets meer dan een uur lopen naar de Torrent de l’Epine, volgens de kaart een riviertje moest lopen. Al bij de eerste blik op de bedding waar het water had moeten lopen was duidelijk dat het tekort aan regen er voor had gezorgd dat er nog een klein stroompje water over was. Het pad liep als snel tegen een verticale rotswanden aan en werd behoorlijk steil, slingerend en op sommige plaatsen ondersteund door bruggetjes.
Wiebelende bruggetjes
Even wat drinken en een snoepje
Na vijf kwartier klimmen liepen we nog steeds tussen de bomen en begonnen Luus en Kilian te roepen dat ze nu toch ECHT niet meer verder wilden. Aangezien het best pittig was geweest hadden ze wel een beetje gelijk en zochten we in de droge rivierbedding een grote steen om te zitten zodat we wat konden eten. Mama kreeg acuut de negatieve kriebels van deze plek en na een klein stukje afdalen aten we ons brood met kaas en worst met een kleine doorkijk op het dal beneden ons. De kriebels van mama waren wel een beetje te verklaren, helemaal omdat we al de hele wandeling niemand waren tegengekomen en het dichtbebaderde bos ook nog eens doodstil was.
Bloem of paddestoel?
Stoere stappers
Na een snelle afdaling was het tijd voor de dagelijkse boodschappen en haastten we ons terug naar de camping, snakkend naar het koele water van het meer bij de camping. Zo gedacht zo gedaan en een half uur later lagen we af te koelen met uitzicht op de eeuwige sneeuw. Het gerommel van onweer in de verte maakte uiteindelijk een einde aan de waterpret maar gekukkig bleef de nattigheid ons deze keer bespaard en konden we de rest van de avond lekker buiten zitten.