Aan de oostelijke oever van het Lac Leman ligt de stad Montreux. Net zo mondaine en sjiek als de andere Zwitserse steden aan het meer, bekend van het jaarlijkse filmfestival, van het feit dat de groep Queen daar meerdere albums heeft opgenomen en de leadzanger Freddy Mercury daar het laatste jaar van zijn leven heeft doorgebracht. Zeker vanwege deze link met de muziek uit de jaren tachtig en was het een plek waar we deze vakantie absoluut langs wilden gaan.

Na een uiternate rustige ochtend in de zon vertrokken we pas rond één uur in oostelijke richting. Na een rit van drie kwartier vonden we heel eenvoudig een plek in een van de parkeergarages die ook nog eens heel ruim bleek opgezet. Heel bijzonder aangezien vrijwel alle parkeergarages die we in Frankrijk hebben meegemaakt claustrofobisch krap zijn ingericht.

Door de steile straatjes, het is goed te merken dat Montreux tegen een berghelling is opgebouwd, liepen we richting de boulevard. Met een prachtig uitzicht richting Saint Gingolph en Lausanne slenterden we naar het beroemde beeld van Freddy Mercury dat daar in 1996, vijf jaar na zijn dood, is neergezet. De aandacht voor het standbeeld was enorm met een constante stroom van mensen die er een foto van wilden nemen. Ook Luus en Kilian wilden natuurlijk op de foto.

De boulevard van Montreux is niet alleen heel schaduwrijk door de vele bomen maar bestaat voor een groot deel ook uit een markt en veel food trucks. Om de magen te vullen rond lunchtijd werden er hamburgers en patat gekocht en voor papa en mama een thais gerecht. Aan een picknicktafel in de schaduw werd dit opgegeten in de gezellige drukte.

Na de lunch vervolgden we onze weg langs een aantal kledingwinkels voor Kilian en daar vond hij zowaar nog een korte broek die hem beviel.

De geest van Freddie Mercury is niet alleen aanwezig in de vorm van een standbeeld. Ook staat het penthouse waar hij het laatste jaar van zijn leven heeft gewoon te boek als een bezienswaardigheid, hoewel op de plek zelf er weinig ruchtbaarheid aan wordt gegeven. We liepen er desondanks even langs en besloten toen om als afsluiting van de dag, Lucia had aangegeven zich niet lekker te voelen, naar de Queen Experience te lopen.

De Queen Experience is een klein museum-achtige ervaring die is opgebouwd in het grootste casino van de stad. Dit deel van het casino was voorheen de Mountain Studio, de studio die Queen tussen 1979 en 1993 in bezit had en waar vele nummers en albums zijn opgenomen. De entree was gratis en het bleek erg leuk opgezet met wat originele handgeschreven songteksten, opvallende outfits en als hoogtepunt een replica van de mengtafel van de studio. Als bezoeker kon je daar zelf voor een deel de mengtafel bedienen om zo een van de nummers van Queen aan te kunnen passen.

De terugtocht naar Vieille Eglise liep langs de supermarkt waar we de ingredienten voor Caprese op te kop tikten. De avond was voor uitgebreid badmintonnen waarbij onze verlichte shuttle meerdere keren werd aangevallen door vleermuizen die over de camping scheerden. Morgen weer mooi weer als het goed is, waarschijnlijk even een complete rustdag.

Na een heerlijk rustige nacht waarbij we dankzij de perfecte weersverwachting al onze spullen rustig buiten konden laten staan, ritsten we de tent open in een met zon overgoten camping. Het was zelfs zulk prima weer dat de was die mama ’s avonds had opgehangen in de ochtend al droog was. Met zulk weer was het natuurlijk zaak om de mislukte wandeling van gisteren goed te maken. Na even zoeken kwamen we uit bij een wandeling die een waterval met een rondje rond een meer combineerde, een ideale combi! Het startpunt was het dorpje Ardent, helaas wel weer op ruim een uur rijden.

De rit voerde voor een groot deel door een 25 kilometer lange kloof met de naam Val d’Abondance (vallei van de overvloed) en deze deed zijn naam eer aan. De steile rotswanden, overvloedig groen en wilde rivier de Dranse d’Abondance maakten dat we de lengte van de autorit een beetje vergaten. Na inderdaad meer dan een uur reden we de grote parkeerplaats bij Ardent op waar het een komen en gaan was van wandelaars en vooral mountainbikers. Deze bleken een gondel omhoog te kunnen nemen om vervolgens weer de berg af te kunnen razen. Wij kozen voor de wandeloptie en liepen de gondel voorbij het bos in. Het brede pad voerde langs de Cascade d’Ardent, een behoorlijk grote waterval die zich in een lager gelegen riviertje stortte richting het verderop gelegen Lac de Montriond.

Het pad dat ons naar dit meer leidde was weinig (in)spannend en na ruim een half uur kwamen kwamen we er aan. Het meer deed ons erg denken aan Lac de Passy, ongeveer even groot, veel recreatie en een pad rond het meer waar veel hardlopers actief waren.

Luus greep meteen het moment aan om er even een hardlooptraining van te maken en bij haar terugkomst zochten we een bankje aan de oever voor de lunch. Voor de terugtocht kozen we voor een hoger gelegen pad door het bos en waagden Lucia en papa zich nog even aan wat klimcapriolen op een rots naast het pad.

De terugtocht verliep probleemloos en bij “onze” Intermarche kochten we de ingredienten voor een pasta Passy. Na wat jeu de boules en badminton werden papa en mama nog uitgenodigd om een biertje te komen drinken door de Warmehuizenaren die vlakbij staan. Pas na twaalven doken we onze bedden in. Morgen weer prachtig weer, we gaan waarschijnlijk richting Montreux.

Het verschil tussen wakker worden met regen op de tent of de eerste zonnestralen van de dag is enorm. We waren vandaag oprecht gelukkig met de tweede optie na meer dan een etmaal regen. Onder een compleet blauwe hemel aten we onze croissantjes en namen we afscheid van onze buren die ons nog verrassten met eclairs van een lokale bakker.

Rond een uur of twaalf reden we richting de Zwitserse grens voor een wandeling vanuit Miex. Het betrof een wandeling naar en rond het Lac de Tanay die we maanden eerder thuis al hadden gevonde via Komoot. Het is ook voor het eerst dat we deze app meer gebruiken dan de “oldhashioned” papieren wandelkaarten. Het beloofde een rit te zijn van bijna drie kwartier maar na een half uur, toen de weg echt de bergen in slingerde werden we tegengehouden door een wat verveeld kijkende Zwitser die ons mededeelde dat de weg naar het beginpunt was afgesloten vanwege grote drukte…

Flink balend (papa en mama wat meer dan Luus en Kilian) maakten we rechtsomkeert. Een snel alternatief was gevonden in een bezoek aan Evian les Bains, wel met de afspraak dat er daarna dan twee wandeldagen zouden komen. Ondanks de drukte, het is goed te merken dat de Franse zomervakanties ook zijn begonnen, vonden we probleemloos een parkeerplek bij het Office du Tourisme en liepen we zo het centrum van Evian in.

Het was eigenlijk een verrassend leuke stad in vergelijking met bijvoorbeeld Lausanne, waar alles groots en duur is. Veel kleine winkeltjes en genoeg te zien, hoewel Kilian en papa het er over eens waren dat er veel te weinig winkels zijn die mannen aanspreken. Lucia wist erg goed te slagen met nog wat cadeautjes voor vrienden/vriendinnen en een mooie ring voor haarzelf. Papa en mama scoorden nog een magneet voor het fotobord thuis.

Een van attracties van Evian is een gratis funiculaire vanaf de boulevard naar het hoogste deel van de stad. Bij toeval kwamen we terecht bij een tussenstationnetje waar we probleemloos konden opstappen. Later bleek dat vooral de opstaplek aan de boulevard enorm druk was met een lange wachtrij, mazzel dus. Het ritje naar beneden en helemaal weer naar boven duurde een minuut of twintig en vanaf het hoogste stattion volgden we de borden die verwezen naar een uitzichtpunt over het meer.

Het was best even wandelen in de warme zon en de meningen over het uiteindelijke uitzicht waren wat verdeeld.Vooral Kilian mopperde dat het zowel heen als terug een warne lijdensweg was geweest voor een minimaal uizticht, heel spectaculair was het inderdaad niet.

Uiteindelijk namen we de funiculaire weer naar beneden en reden we naar het naburige Thonon om boodschappen te doen in de Carrefour en Kilian scoorde nog wat kleding in de Sport 2000. Terug op de camping werd de barbecue opgestart voor lekkere kipspiesjes en worstjes, Lucia hield het bij Sushi. De hardloopplannen van Lucia en papa werden met bijna 20.000 stappen achter de rug voor vandaag even in de ijskast gezet. Met wat tafeltennis, jeu de boules en badminton (met lichtgevende shuttles) werd de dag afgesloten.

De regen die gisteren aan het begin van de avond was begonnen kletterde de hele nacht vrolijk door. Bij vlagen zo hard dat we er wakker van werden en ons afvroegen of de de tent, de partytent en het klein tentje van Luus het nog aankonden. Dat bleek ’s ochtends gelukkig nog het geval al viel de regen toen ook nog gestaag naar beneden. Een beetje sip werden de croissantjes met koffie en chocopops voor Luus en Kilian naar binnen gewerkt, terwijl we plannen maakten voor de dag die er ook nat uit zag. Goed gebruik tijdens de vakanties met de Booghjes was de regel dat als het regende, net zolang gaan rijden tot de regen stopt en dat leek ons ook nu een goed plan. Nadeel was wel dat we er ongeveer anderhalf uur voor moesten rijden maar dat hadden we er graag voor over. Het doel waar we unaniem voor hadden gekozen was een oude bekende: Annecy.

Tijdens de rit naar het zuidwesten zagen we de bewolking inderdaad dunner worden en werd het droog. Bij Annecy aangekomen werden we alsnog getrakteerd op een regenbui maar dat bleek van korte duur. Na geparkeerd te hebben op een bekende parkeerplaats langs het meer (degene met de vreselijk trage en onduidelijke parkeerautomaten die alleen met muntjes lijken te werken) liepen we richting de oude stad.

Alle voorgaande keren, we hadden uitgerekend dat we er al vijf keer eerder waren geweest, was het hoogzomers geweest en liepen we door de stad op zoek naar een beetje schaduw. Door het wat mindere weer was het deze keer beter vertoeven en bovendien leek het ook iets rustiger, al bleef het oude centrum gevuld met een gestage stroom aan toeristen.

Omdat het inmiddels lunchtijd was streken we neer op het terras van creperie Le Bolee waar we precie het laatste tafeltje toegewezen kregen. De galette complet (Lucia), galette vegetariene (papa en mama) en crepes beure sucre (Kilian) waren heerlijk en werden weggespoeld met cidre doux.

De rest van de middag slenterden we door de smalle oude straatjes en ontdekten we na al die jaren ook de winkelstraten even buiten het centrum, die een stuk minder op toersten waren gericht. De zoektocht naar kleding voor Kilian bleek een lastige, Lucia had wat meer succes met cadeautjes voor het thuisfront. Rond een uur of half zes liepen we weer langzaam richting de auto voor de anderhalf uur durende rit naar de camping die bij aankomst gelukkig opgedroogd bleek te zijn.

Het avondeten hielden we simpel met wat brood, wraps en noodles en wat bijkletsen met onze Nederlandse campingburen die morgen helaas vertrekken. De rest van de week lijkt het weer prachtig te zijn, morgen gaan we weer de bergen in.

Tijdens het ontbijt kwamen we vandaag tot twee conclusies: de camping waar we staan is eigenlijk prima. Wel erg vol en veel schuin aflopende plekken maar heerlijk rustig, een klein maar prima zwembad, elke dag verse broodjes, altijd warme douches, schoon sanitair en over het algemeen erg aardige medekampeerders. De tweede conclusie was dat het weer de afgelopen week wisselvallig was voorspeld maar in de praktijk was het heerlijk. Af en toe een buitje maar altijd tussen de 20 en 25 graden en de nattigheid diende zich vooral aan het einde van de dag aan.

Voor het hoogseizoen is de omgeving hier ook niet erg druk. Bij het begin van wandelingen is er altijd genoeg ruimte om te parkeren, en ook de winkels en restaurants zijn niet overlopen. Wel missen we stiekem een beetje het echte hooggebergte met zijn verijsde toppen en smalle bergpaadjes. Het ontdekken van nieuwe dingen bevalt wel weer heeel goed. Al met al weinig reden tot klagen na (bijna) de eerste week.

Ook voor vandaag was de weersverwachting niet fantastisch, Ondanks dat zaten we weer prinsheerlijk te ontbijten in de ochtendzon. Na nog wat rommelen rond de tent en wat tafeltennis reden we rond elf uur naar de Intermarche voor de zondagse boodschappen. Of het aan de regio ligt weten we niet maar het lijkt er wel op dat steeds meer Franse supermarkten op zondag open zijn. Terug op de camping was het nog steeds heerlijk weer en papa en Kilian doken het zwembad in terwijl de dames zich waagden aan een potje badminton met de nieuwe rackets.

Na de lunch gingen we op pad naar de oorsprong van de naam van de camping: Vieille Eglise. Het dorpje waar de camping deel van uitmaakt heeft dezelfde naam en dit is te herleiden naar het kerkje uit de 9e eeuw. Met de auto geparkeerd bij de supermarkt liepen we het dorpje in en kwamen al vrij snel aan bij het kerkje dat helaas dicht was. In alle eerlijkheid was het van buiten geen schoonheid, het stucwerk van de toren was deels afgebladderd en het had er alle schijn van dat vooral het onderste deel authentiek was.

De rest van de middag brachten we door aan de rand van het meer met nog steeds heerlijk weer. Boven Zwitserland en Lausanne waren wel de nodige regenbuien zichtbaar maar bij ons bleef het droog.

Dat veranderde pas bij terugkomst op de camping waar dan toch de eerste onweersbui boven de camping losbarstte. We trokken ons terug in de partytent waar we ons potje kookten: pasta carbonara met een lekkere salade.

Mama had het al voorspeld: zaterdag is wisseldag voor veel van de huisjes op de camping en dat zou al vroeg voor een hoop rumoer gaan zorgen. Onze directe buren waren nog voor zeven uur inderdaad fanatiek hun boeltje aan het pakken. Omdat we er zelf best laat in lagen gisteren en er meerdere nachtelijke toiletbezoeken waren geweest, stonden we niet heel uitgeslapen op. Het was gelukkig wel droog en de ochtend brachten we door met koffie drinken en wat badmintonnen. Pas tegen twaalven reden we weg van de camping.

Ons doel was een relatief korte rondwandeling rond Mont Benand (1245), een rotsmassief in de buurt van Bernex. Hoewel het weer twijfelachtig was hadden we inmiddels wel geleerd om ons niet te laten leiden door de uitspraken van de Franse Meteo. Met de rugzak ingepakt en een schuin oog naar de soms donkere wolken parkeerden we na twintig minuten rijden onze auto.

De wandeling begon op vrij brede wegen die al wel behoorlijk omhoog gingen. Al snel ging dit over naar een wat smaller pad door groene bergweides.

Aan de ene kant hadden we zicht op het Lac Leman met daarachter de bergen van de Jura, aan de andere kant de best grillige toppen van Mont Benand. Na iets meer dan een half uur kwamen we bij de Croix du Mont Benand waar we even pauzeerden voor de lunch.

Met gevulde magen leidde het pad ons verder door een dichtbegroeid tdfef;=bos om uiteindelijk aan te komen in het gehucht Benand. Vanaf daar slingerde de weg zich verder omhoog en werden we plotseling vergezeld door een serieuze regenbui waardoor we toch maar even een schuilplek zochten onder een enorme denneboom. De bui was gelukkig van korte duur en toen we de beschutting van de boom verlieten, bleek de lucht open te trekken. Na anderhalf uur kwamen we weer aan bij ons beginpunt.

Het restant van de middag gebruikten we om een luchtbed te regelen voor Luus. Het matje waar ze tot nu toe alle vakanties op had gelegen bleek toch wat te dun. Mama ging nog even op zoek naar een nieuwe zwemoutfit. Daarna verdwaalden we nog even in de naburige Carrefour. Het eten bestond uit prima pizza’s van Le Kiosque a Pizza’s, een keten van kleine afhaalpunten, vaak in de buurt van grote supermakten. De pizza’s bleken heerlijk. Luus was niet helemaal lekker en trok zich na het eten als snel terug op haar nieuwe luchtbed. Papa en Kilian hadden ook zin om op tijd naar bed te gaan. Mama deed nog even de afwas en nam de tijd voor een kletspraatje met een stel uit Warmenhuizen dat vlakbij bleek te staan.

De dag was gisteren geeindigd met zware regenbuien die de onbetrouwbaarheid van de Franse meteo-app weer eens lieten zien. Het in slaap vallen was pas gelukt toen het geroffel op het tentdak wat was verstomd en de rest van de nacht was gelukkig prima geweest. Als vrij snel na het wakker worden ontdekte Kilian een tweetal enorme insecten die zich tussen de binnen- en buitentent hadden genesteld. De grootste van de twee was meer dan 10 cm groot. Een snelle Google-zoektocht gaf aan dat het hier om boktorren ging. Het tweetal riep gemengde gevoelens op (ontzag en totale afschuw) en we besloten ze maar even te laten zitten.

Het ontbijtje was gelukkig in de warme zon die de camping weer liet opdrogen. Aangezien we al twee actieve dagen achter de rug hadden hadden we voor vandaag eigenlijk weinig gepland. In ieder geval rustig de dag beginnen, boodschappen doen en het strandje bezoeken aan de rand van het meer. Daarnaast had Lucia vanuit haar opleiding een doel meegekregen: aan het begin van het schooljaar een 10 kilometer hardlopen met ongeveer 6 minuten per kilometer. Papa was gevraagd om een beetje mee te doen met de trainingen en de eerste moest vandaag plaatsvinden.

Na het ontbijt werd de Intermarche bezocht en nadat de boodschappen bij de tent waren opgeborgen zetten we koers naar de Decathlon on Thonon-les-Bains. Tot onze grote schrik waren we er achtergekomen dat we de badmintonrackets thuis hadden gelaten. Een vakantie zonder badminton was ondenkbaar. Voor papa was het meteen een mogelijkheid om nog een shirt en short te kopen voor het hardlopen.

Met de Decathlon buit in de kofferbak reden we weer richting camping. Het volgende doel was het Parc de la Gryere, een park met kiezelstrand voor een plons in het meer. Zwembroeken aan en lunch ingepakt, een half uur later lagen we dan toch echt in het lekker koude water van het meer. Aan de overkant de gebouwen van Lausanne waar we gisteren nog rond hadden gelopen.

In verband met de hardloopplannen was vroeg eten handig en mama had de caprese dan ook op tijd op tafel gezet. Tijdens het eten naderde een behoorlijke onweersbui en de Franse meteo voorspelde (bijna) hel en verdoemenis. Zoals zo vaak viel het enorm mee. Nadat we de boktorren met vereende krachten toch maar uit de tent hadden gebonjoured konden papa en Lucia nog prima hardlopen langs het meer in de langzaam ondergaande zon.

Ook morgen is de weersverwachting wat onzeker. Hopelijk kunnen we toch weer een wandeling maken.

De weersverwachting voor vandaag en de komende dagen was volgens Meteo France niet fantastisch. Elke dag wel kans op wat regen en onweer. Het was dus even spannend toen we na een goede rustige nacht wakker werden. De zon scheen ons vriendelijk tegemoet en we konden heerlijk buiten ontbijten. Met de afwezigheid van de echt hoge bergen en de aanwezigheid van echt grote steden hadden we ons al voorbereid op wat minder wandelen en wat meer stedentripjes. Vandaag stond de eerste op het programma, de stad die ons vanaf de andere kant van het meer toelacht: Lausanne.

Lausanne is de op drie na grootste stad van Zwitserland en bleek prima per boot bereikbaar vanuit Evian-les-Bains. Het loket waar we rond elf uur onze tickets kochten vroeg wel weer ruim 170,- voor de overtocht van een half uur, inclusief toegang tot het openbaar vervoer. Omdat we deze vakantie geen kabelbanen tegen gaan komen hadden we het er graag voor over.

De tocht zelf was rustig en heerlijk met zon en maar een klein beetje wind en even na twaalf uur zetten we voet op Zwitserse grond.

Vooraf hadden we al bedacht om ’s middags warm te eten en het avondeten simpel te houden. Toen we een terras voorbij liepen van restaurant/pub White Horse (sinds 1974) was de keus snel gemaakt en even later zaten we achter hambuger (Lucia), chicken wings (Kilian), pasta (mama) en spareribs (papa). Het was wel weer even sidderen voor de rekening maar uiteindelijk was deze nog redelijk.

Het centrum zelf bleek ruim opgezet met enorme hoogteverschillen. Met name Lucia en Kilian hadden hun hoop gevestigd op shoppen maar de prijzen in de winkels waren zo hoog dat deze hoop al snel was vervlogen. Met de aanwezigheid van merken als Rolex, Louis Vutton, Hugo Boss en Gucci kon het ook niet anders. Toch vermaakten we ons wel met het slenteren door de winkelstraten en een klim naar de Cathédrale Notre-Dame de Lausanne, het hoogste punt van de stad.

Aan het einde van de middag vonden we het welletjes en namen we de trolleybus richting de haven. Daar sloeg de stress toe toen bleek dat de boot die naar Evian zou gaan Thonon als eindbestemming had. De boot aan de steiger ernaast met Thonon-les-Bains op de boeg zou toch echt naar Evian gaan. Deze lag al op het punt van vertrek dus in volle sprint met mama voorop wisten we deze nog net te halen…

Op de terugweg nog even langs de supermarkt voor het avondeten (broodjes knakworst en een bak met rauwkost) en aan het begin van de avond werden we dan toch getrakteerd op de eerste serieuze regen. Met z’n vieren trokken we ons terug in de partytent en vermaakten we ons nog met wat potjes Uno. Morgen even afwachten wat voor weer het gaat worden maar we houden we wel lekker rustig.

Na een prima nacht en een rustig ontbijtje in de zon werd zowaar voor de eerste keer deze vakantie de rugzak ingepakt. We hadden een dubbel doel vandaag met als eerste een eenvoudige inloopwandeling naar de Chapelle Notre Dame d’Hermone, gevolgd door een bezoekje aan het stadje Evian-les-Bains aan de oever van het Lac Leman.

Na een rit van veertig minuten vonden we een parkeerplek op Col de Feu, een plek die populair is bij wielrenners. De wandeling begon op eenvoudig verhard pad langs mooie chalets en aplenweiden. Na ongeveer een kwartier begon het op een wat serieuzere klim te lijken en enthousiast geworden door de bergen om ons heen stormden we omhoog. De chapelle liet zich dan ook snel zien en na ruim een half uur kwamen we op het hoogste punt aan.

Het weer was al net zo prachtig als het uitzcht en we waren helemaal gelukkig met het prachtige uitzicht op het Lac Leman aan de ene kant en de ijzige toppen van het Mont Blanc massief aan de horizon in het zuiden. Na een lunch waarbij vooral de nectarines in de smaak vielen zetten we de afdaling in via een pad dat veel smaller was. Teruggekomen bij de auto reden we naar het lager gelegen Evians-les-Bains waar we een na een beoekje aan de Carrefour plek vonden in de parking van het Office du Tourisme.

In het centrum zelf bleken veel winkels gesloten en tot onze verbazing kwam dat door het feit dat woensdagmiddag, net zoals de maandag, blijkbaar een vrije middag is voor de winkeliers. Of dat alleen hier het geval was moet nog blijken. We slenterden toch nog wat langs de waterkant en deden alvast wat vooronderzoek hoe we met de boot in Lausanne konden komen.

Daarna trok de Église Notre-Dame de l’Assomption onze aandacht waar toevallig net op het orgel werd gespeeld. Uiteindelijk waren we het er over eens dat het tijd was voor een plons in het zwembad op de camping.

Het eten bestond vanavond uit ” Pasta Passy”, een gerecht dat vorig jaar samen met de Booghjes is ontstaan. Het bestaat uit een willekeurige pastasoort met als saus een combinatie van Barilla met olijven en Barilla met spaanse pepers. Dit werd gecombineerd met geraspte Emmentaler en lekkere basilicum-olijfolie. De pan ging schoon leeg.

De camping was gelukkig erg stil en rustig geweest waardoor we allemaal een goede nacht konden maken. Pas om acht uur besloten onze achterburen dat het welletjes was en verwelkomd door een voorzichtig zonnetje kropen we de tent uit. De broodjes zijn dit jaar op de camping te krijgen, zelfs zonder ze vooraf te bestellen. Het was dus even spannend of er nog voldoende zouden zijn toen we na half negen aankwamen maar dat bleek geen enkele probleem.

Na het ontbijt met prima croissantjes en pain chocolat was het heilige doel de Intermarche op drie minuten rijden. Het is altijd weer een van de leuke momenten om de eerste boodschappen te doen in een Franse supermarkt. De tabouleh, merguez, rauwkost met dip, babybel, kaasjes, Tourtel, Bretz chips en zowaar ook bier van de Brasserie du Mont Blanc. De pinpas kreeg het wel wat warm bij het afrekenen maar de eerste voorraden waren binnen. Terug op de camping werden de tartelettes met frambozen direct soldaat gemaakt.

Omdat het vandaag de sterfdag is van oma Hanny was het doel voor de middag om een kaarsje te branden in een kerkje of kapelletje in de omgeving. Na even zoeken kwamen we uit bij de Chapelle Notre-Dame-des-Sept-Douleurs de la Beunaz in Saint-Paul-en-Chablais, op een half uur rijden van onze thuisbasis. De weg naar de kapel lag een eind boven het meer en eindigde met een aantal echte haarspeldbochten. Het was prachtige en rustige plek en in de kapel was gelukkig de mogelijkheid om een kaarsje te branden, iets dat Lucia en Kilian graag deden.

Terug op de camping was het tijd voor een echte Franse lunch waarna we nog energie hadden om onze plek verder in te richten. Met wat meer energie lukte het wel om de partytent een plek te geven en konden ook de lichtjes worden opgehangen.

Daarna de eerste plons in het zwembad dat voor een verwarmd zwembad verdacht koud bleek te zijn. Heerlijk afgekoeld werd de barbecue aangestoken voor de echte Merguez met Tabouleh en een Fanse rauwkostschotel.

Morgen mooi weer dus waarschijnlijk gaan we naar Evian les Bains.