Zoals elk jaar op de sterfdag van oma Hannie zoeken we een plek en een moment om daar even bij stil te staan. Zo ook dit jaar waarbij we bij het ontbijt het met elkaar eens waren om een kaarsje te branden in een kerkje van een van de naburige dorpjes. Het meest voor de hand liggend was daarbij het kerkje in Domancy, het dorp waar van de lekkere croisantjes en baguettes, de Eglise Saint-Andre.

Het kerkje bleek prachtig te liggen en was open maar gaf niet de mogelijkheid om een kaarsje te branden. De volgende optie was de Eglise Saint-Pierre-et-Saint-Paul in Passy waarbij we tegen hetzelfde aanliepen: een prachtig oud kerkje maar nergens de optie om een kaarsje aan de steken. We leieten ons niet ontmoedigen en reden naar het hoger gelegen deel van Passy waar zich de Eglise Notre-Dame de Toute Grace (Our Lady of All Grace) bevond, een wat modernere kerk met groots uitzicht op de omringende bergen en gelukkig wel een mooi hoekje om oma Hanny te herdenken.

Na wat boodschappen bij de plaatselijke Super-U reden we terug naar de camping, op deze rustdag moest er immers wel worden gezwommen. Bepakt en bezakt, inclusief een chocolade-flan die papa en Kilian ’s ochtends bij de bakker hadden gekocht, zochten we een plekje bij het meer. Daar aangekomen kwamen we er al snel achter dat de Fransen zelf het niet al te nauw nemen met de Corona regels, toen een zeskoppige familie op nog geen meter afstand van ons plekje hun handdoeken uitrolden.

Heerlijk afgekoeld maakten we bij de tent het oeroude campingrecept, pasta met tonijn, groente uit blik en een lepel mayonaise. Lucia en Kilian weigerden in alle toonaarden dit te eten, zij waren tevreden met wat pasta, geraspte kaas, tomaatjes en olijven. Toen papa en Kliian al halverwege dromenland waren werden ze ruw uit bed gerukt door een mama en Lucia die super enthousiast van het strandje terugkwamen. Met volle maan en een speigelglad meer keken we uit op de twinkelende lichtjes van Saint-Gervais-les-Bains aan de overkant. Zelfs de lcihtjes van de twee hutten op de aanlooproute van de Mont Blanc waren heel goed te zien.

Met een aantal dagen mooi weer voor de boeg was de kriebel om er op uit te gaan duidelijk aanwezig, zelfs Lucia gaf aan dat ze het heel leuk zou vinden om de wandeling te gaan maken “met al die stenen”. We wisten meteen dat ze daarmee de wandeling vanaf de Brevent bedoelde waarbij we eerst met twee gondels naar boven de 2500 meter worden gebracht om daarna over een rotsig pad af te dalen richting de Refuge Belchat. De hele wandeling geeft bovendien een prachtig uitzicht op het hele Mont Blanc massief en daarom was het ook de twee voorgaande keren dat we hier waren een van de eerste wandelingen die we maakten. Het was een beetje onze “happy place” geworden in deze omgeving.

Zo gezegd zo gedaan, na een ontbijtje van de plaatselijke bakker en het inpakken van de rugzakken sprongen we rond half elf in de auto richting Chamonix. Het vinden van een parkeerplaats leek even spannend omdat er in de buurt van de eerste gondel, de Telecabine de Planpraz, geen parkeerplaats meer was te vinden. In een lager gelegen parkeergarage bleek gelukkig nog voldoende plaats en na het aftikken van bijna 110 Euro konden we zo doorlopen. De tweede etappe was de Telepherique du Brevent, een grote gondel met ruimte voor 25+ personen waardoor we ons vooraf al hadden afgevraagd of deze wel ging met alle Corona-maatregelen, dat bleek gelukkig geen enkel probleem.

De wandeling zelf was weer genieten met het ene fotomoment na het andere. Waar het met de twee eerdere bezoekjes best fris was geweest (2018) en blaffend heet (2019) was het nu heerlijk.

Lucia en Kilian hadden wel met enige regelmaat aanmoediging nodig, op een gegeven moment zelfs zo erg dat Lucia commentaar kreeg van een Nederlandse dame die het geklaag had aangehoord. Ondanks dat kwamen we toch weer een stukje verder dan de voorgaande keren en op de terugweg waarbij we alleen maar moesten klimmen liepen ze als een trein naar boven. Het beloofde ijsje (3,50 voor een Cornetto…) was daarmee alsnog wel vediend.

Op de terugweg nog even langs de Carrefour voor de voorraden en ’s avonds een barbecue bij de tent met visspiesjes, worstjes, tabouleh en een lekkere salade. Daarna nog even videobellen met de Booghjes die eind volgende week komen om ze gerust te stellen dat het hier nog best leuk is ondanks alle veranderingen. Het beachvolleybal van gisteravond was zo goed bevallen dat mama en Kilian op herhaling gingen.

De eerste nacht in de nieuwe tent was heel goed bevallen, met name het feit dat het slaapdeel weinig daglicht doorliet was heel prettig en rond acht uur kwamen we een beetje in beweging. Papa en Kilian sprongen in de auto naar de boulanger en de versmarkt voor een lekker ontbijt terwijl mama en Lucia de ontbijtspullen klaar zetten en een lekkere pot koffie maakten. De eerste echte Franse croissantjes waren heerlijk en tijdens het maken van plannen voor de eerste campingdag kwamen er maar een paar zaken naar boven: opruimen, boodschappen doen (Carrefour en de speelgoedwinkel voor Kilian) en zwemmen.

Aan het einde van de ochtend reden we naar Sallanches en konden we voorzien van mondkapjes de eerste (en tweede) levensbehoeften inslaan. De speelgoedwinkel werd een teleurstelling omdat ze niet de Pokemon kaarten hadden die Kilian zo graag wilde. Eenmaal terug op de camping hesen we ons na de lunch in onze zwemkleding en liepen we naar het meer. Het water was heerlijke en Kilian zwom voor het eerst trots rond zonder zwembandjes, met de glinsterende ijswanden van het Mont Blanc massief aan de horizon.

Het menu voor de avond bestond uit een simpele pasta met tomatensaus en kaas. Op uitdrukkelijk verzoek van Kilian in de avond nog samen met papa bezig geweest op het beachvolleybal veld bij het meer.

Na best een aardige nacht, de stressvolle aanloop dreunde nog wel wat na, schoven we om half acht aan bij het simpele maar lekkere ontbijtbuffetje van het hotel. Lisette en Chiel waren al iets eerder uit de veren en reden even na half acht weg richting het zuiden. Na wat croissantjes, pain chocolat, stolbrood met lekkere Franse kaas, of in het geval van Kilian cake en twee muffins werd het karretje weer aangekoppeld en zetten we koers richting de Alpen.

Onderweg was het opvallend rustig ondanks het feit dat er ook vrachtverkeer was en het lukte ons voor het eerst om voor het sluiten van de receptie om 12:00 uur in te checken. Zoals gewoonlijk begon ook meteen het spel van het regelen van een goede plek want de plek die de computer ons had toegekend stond ingeklemd tussen het toiletgebouw en een levendig Frans schoolkamp. Na een lunch aan het meer bleek de camping gelukkig welwillend en konden we op een zelf uitgekozen plek onze tent gaan opzetten. Overigens bleek wel dat een groot deel van de kampeerplaatsen de afgelopen twee jaar waren omgetoverd tot huisjes, waardoor de keus een stuk kleiner was geworden.

Het opzetten van de nieuwe tent was gelukkig eenvoudig want we merken dat we nog steeds gesloopt waren van de afgelopen week. Voor het avondeten hadden we een tafel gereserveerd op het terras bij de ingang van de camping, de plek waar we de afgelopen twee keer echt legendarische pizza’s hadden gegeten.

Ook hier wachte ons een verrassing toen bleek dat dit in andere handen was overgegaan. De pizza’s waren gelukkig nog prima en rond tien uur maakten we ons klaar voor de eerste nacht in de tent.

Nog nooit hebben we zoveel moeite moeten doen om op vakantie te kunnen gaan. Nadat we vanwege het Corona virus vorig jaar al in Nederland op vakantie waren geweest (duur!) was de wens om dit jaar voor de derde keer naar Lac de Passy te gaan wel erg groot. Tijdens de aanloop naar de 19e juli leek het wel een hordenrace waarbij het ene na het andere onheisbericht voorbijkwam. Als we wat bijgelovig waren geweest hadden we kunnen denken dat het voortekenen waren om vooral niet naar Frankrijk te gaan. Dat waren we gelukkig niet maar opgelucht waren we wel toen we zondagochtend vroeg Lucia en Kilian weer uit hun bedjes haalden voor de rit naar Dijon.

De reis zelf ging prima, van de strenge Corona-regels die door Frankrijk waren aangekondigd merkten we helemaal niets en zonder enige controle reden we door Belgie, Luxemburg het Franse landschap in. Niet dat we ons zorgen maakten want we hadden maarleifst twee testbewijzen op zak om aan te tonen dat we allemaal Corona-vrij waren.

Rond kwart over vier kwamen we aan bij het ons inmiddels bekende Ibis Budget Hotel en na even douchen installeerden we ons op het terras in afwachting van de aankomst van Chiel, Lisette, Julian en Jasmijn die op ons aanraden ook een overnachting hadden geboekt op doorreis naar de Gorges du Verdon. De McDonalds zorgde voor een warme hap, deze keer met een ijsje toe en na nog wat spelletjes op het terras bij het hotel doken we allemaal behoorlijk moe ons bed in. De aanloop naar deze vakantie had dan ook behoorlijk wat energie gekost.

De voorspelde regen bleef gelukkig uit waardoor we vanochtend gelukkig alles droog konden inpakken voor onze rit naar huis. Toen papa eens ging kijken hoe het met ons konijntje Coco was, kwam hij al snel tot de conclusie dat het beestje dood in zijn kooitje lag. Na dikke tranen van Luus en mama snel bij de boer langsgelopen die zich zichtbaar wat ongemakkelijk voelde na zijn geruststellende woorden van gisteren. Met een toch wat vervelend gevoel reden we rond half elf weg van de boerderij. Na een korte stop in Drachten voor boodschappen en op de afsluitdijk om wat te eten reden we halverwege de middag Warmenhuizen binnen.

Na een zonnige ochtend waarbij we druk bezig waren met het bedenken van een leuke bezigheid voor onze laatste vrij in te vullen dag bleek wederom dat het druk is in Drenthe. Alle opties die we bedachten bleken al vol te zijn geboekt en nog een dag wandelen hadden we niet direct zin in. Na een snel telefoontje bleek dat we nog wel twee kano’s konden huren en Lucia bleek er nu toch wel zin in te hebben. Ons verzorgkonijn zat er nog steeds niet heel gelukkig bij dus liepen papa en Lucia nog een keer naar de boer die deze keer door zijn vrouw van het land werd gehaald. Na een snelle blik wist hij ons enigzins gerust te stellen, Coco was een jong konijn dat waarschijnlijk nog moet wennen aan de situatie. Niet direct reden tot ongerustheid.

Papa maakte wat tosti’s voor de lunch die er bij iedereen goed in gingen, inclusief ons buurmeisje Mila. Daarna snel de tassen gepakt en koers gezet naar het dorpje Annen, waar er twee Canadese kano’s op ons lagen te wachten. De kano’s bleken een stuk mooier dan die waar in Limburg mee over de Dommel waren gedreven. Ze voelden wel een stuk wiebeliger en daar moesten we wel even aan wennen. De route bleek voor het grootste deel te gaan over de Hunze, een vrij brede rivier die we fluitend met een windje in de rug afpeddelden tot aan het dorp Spijkerboor.

Het idee om in Borger een pizza af te halen werd al snel omgezet in een echt plekje in het Italiaanse restaurant waar Kilian bijna een volledige pizza naar binnen werkte en Lucia een van de lekkerste borden pasta die ze ooit had gegeten naar binnen (spaghetti al tonno). Terug op de camping werd er nog wat ingepakt aangezien we morgen om tien uur de tent al moeten verlaten. Luus en Kilian roosterden nog wat marshmellows boven het kampvuur dat een aantal keer per week wordt aangestoken.

Na een korte stop aan wal keerden we om en kwamen we al snel tot de conclusie dat het met wind tegen een volledig andere ervaring was. Na een hoop gezwoeg en heen en weer gezwabber over de rivier kwamen we na een tocht van ruim twee uur weer aan bij het beginpunt.

Met nog een paar dagen te gaan in Drenthe vroegen we ons af wat we nog wilden doen en op welke dag. Voor papa en mama was de voorkeur duidelijk: fietsen en kanoen. Lucia en Kilian dachten hier volledig anders over waarbij met name het idee van nog een keer in een kano zitten ze nehoorlijk tegenstond. Het fietsidee had zichzelf opgelost toen bleek dat er geen huurfiets meer te krijgen was in de nabije omgeving. Wonder boven wonder stemden ze er allebei mee in om vandaag dan toch nog maar een keer te gaan wandelen.

Het weer zat nog steeds ontzettend mee, met afwisselend een zonnetje en wat wolken. Rond een uur of elf stapten we in de auto, helaas nog geen bezoek gehad van de boer om even naar Coco te kijken die er nog steeds wat bewegingsloos bij zat. De wandelroute die we op het oog hadden was een 8 km lange route door de boswachterij Odoorn op de Hondsrug. Het startpunt was snel gevonden waar we onmiddelijk vielen voor de verleiding van koffie met lekkers op het terras van restaurant Poolshoogte.

Met een buik vol appeltaart en andere lekker dingen beklommen we nog de Brandtoren, een naburige heuvel met daarop een uitkijktoren. De wandeling zelf bleek met grote (heide)vlaktes en wat bredere, kaarsrechte en soms lange paden, heel anders dan die van gisteren. Ondanks dat was de omgeving wel erg mooi en stapten Luus en Kilian dapper door. Onderweg hebben we nog een cirkel van tien stenen op de heide gelegd omdat het tien jaar geleden was dat oma Hanny was overleden.

Na afloop van de wandeling hadden we nog tijd om bij het hunebedcentrum in Borger langs te gaan om de naar de stenen de laten kijken die Kilian gisteren had gevonden. De verwachtingen van Kilian waren hoog gespannen en de teleurstelling was dan ook groot toen de boodschap was dat het om vuursteen ging waarbij niet viel te zeggen of het van een trechterbeker was of gewoon een stuk steen. Om positief te eindigen snel maar een ijsje en boodschappen gehaald voor een barbecue (ja, echt de laatste deze keer).

Koffie met koe(k)

Het was al weer even geleden dat we een wandeling hadden gemaakt en na een aantal dagen met andere bezigheden was dit waar we, met name papa en mama, weer ontzettend behoefte aan hadden. Het weer zat wat dat betreft ook mee want met afwizzelend wat zon en wolken, geen wind en rond de 20° was het ook echt ideaal weer om er te voet op uit te gaan.

De ochtend stond een beetje in het teken van Coco het konijn. De afgelopen nacht was redelijk onverwacht heel koud geweest en het beestje zat stil in een hoekje van zijn hok zonder te eten en tot ogenschijnlijk tot weinig meer in staat. De goede zorg van Luus bracht hier weinig verandering in. We besloten om het even aan te kijken en papa had ondertussen een mooie wandeling gevonden, de Erfgoed Wandelroute van 8,5 kilometer die ons langs een van de beroemde Drentse hunebedden moest brengen. Na het inpakken van de rugzakken en een laatste blik op Coco reden we langs de AH in Borger om boodschappen te doen voor een picknick.

Het startpunt was bij het boomkroonpad en al snel liepen we afwisselend door erg mooie bossen, langs en door enorm grote open vlaktes en langs kleine meertjes. Eerlijk gezegd waren we wel wat verrrast over hoe mooi het hier is in Drenthe. Aan de rand van een van de meertjes aten we onze lekkere broodjes met allerhande liflafjes. Na de lunch vond Kilian een bijzondere steen die wel wat weg had van aardewerk, toen we bijna aan het einde van de wandeling tegen hunebed D26 in het Drouwenerveld aan liepen, het laatst opgegraven Drentse hunebed, vroegen we ons serieus af of het niet om een scherf ging van een oude trechterbeker die hier in het verleden zijn opgegraven. Een bezoekje aan het Hunebedcentrum in Borger om dit na te vragen mislukte omdat het inmiddels te laat was geworden. We hadden dan ook bijna 9 kilometer gelopen…

0

De avond was voor een lekkere tagliatelle en een bezoekje aan de boer om onze zorg uit te spreken over het konijn dat nog steeds weinig tekenen van leven vertoonde. Met een belofte van zijn kant om even te komen kijken keerden we weer tentwaarts. Het belooft weer een koude nacht te worden.

Met dank aan Hans en Jacob die via de Postcodeloterij vier kaarten voor een pretpark hadden gewonnen en die zo vriendelijk waren geweest om deze aan ons af te staan, hadden we vooraf al het plan om naar Wildlands Emmen te gaan. Vanwege de Corona-maatregelen moesten we weken vooraf wel al een dag en tijdstip van aankomst reserveren, de keus was op vandaag gevallen.

De zon was overtuigend aanwezig en zorgde voor een lekkere warmte tijdens het ontbijt. Na wat huishoudelijke klusjes en het verzorgen van de konijnen met weer een vers gemaakte salade waren de tassen ingepakt en reden we richting Emmen. Omdat we ons vooraf hadden aangemeld hadden we weinig drukte verwacht, die hoop werd de grond ingeslagen bij het zien van rijen voor de ingang die we vorige week bij Toverland niet hadden gezien… Na een klein half uur mochten we dan toch naar binnen.

0

We vermaakten ons een aantal uren met een rondje langs pinguins, giraffes, leeuwen, neushoorns en veel meer gedierte, allemaal netjes ingdeeld op basis van het soort landschap waar ze in voorkomen. Hoewel de massa die bij de ingang had gestaan zich wel wat had verspreid bleef het op sommige plaatsen ongemakkelijk druk. De twee drukste attracties, een safairit per vrachtwagen en een boottocht door de jungle kenden wachtrijen van een uur waardoor we de safaririt wijselijk maar lieten schieten.

0
0

Aan het einde van de middag werd het merkbaar rustiger in het park en renden we toch nog naar het begin van de safaririt, daar bleek nog wel een rij te staan maar wel behoorlijk korter waardoor we toch nog een rondje meereden. Door een bijna leeg park liepen we naar de uitgang en met een tussenstop bij de supermarkt in Borger kwamen we aan het einde van de middag weer aan bij de tent.

Na een simpele soep-met-brood-maaltijd werd Kilian uitgenodigd door een een groep jongens van rond de 15 voor een potje voetbal, Luus haalde wat tablet-tijd in. Morgen gaan we op jacht naar hunebedden.