Tijdens het bestuderen van de lokale wandelkaart gisteren was ons een wandeling opgevallen naar Chalet de Cerro. Dit is een relatief lage hut op nog net geen 1400 meter die zich op de oostelijke gletschermorene bevindt van de Glacier des Bossons. Deze wandeling had een aantal voordelen: er was geen dure gondel voor nodig en het pad liep vrijwel in zijn geheel in de beschutting van bomen.

Onze dag begon weer met een bescheiden wekker die op acht uur stond. Ook Lucia die al een aantal nachten in een tent met Gwen slaapt meldde zich netjes aan het ontbijt en bepakt en bezakt reden we om kwart over tien onder een onbewolkte hemel richting Les Bossons. Aanvankelijk kwamen we op een verkeerde route terecht maar nadat we onze fout hadden ontdekt liepen we via een minder aantrekkelijke asfaltweg de juiste kant op. Het asfalt maakte plaats voor een weg door een mooi bos waar we op verschillende plekken enorme rotsen tegenkwamen die de nabijheid van een gletscher verraadden.

Het pad versmalde zich verder en na ongeveer drie kwartier kwamen we de eerste doorkijk naar de gletscher tegen. We moesten hiervoor wel wat waarschuwingsborden voorbij om bovenop de morene te komen.

De hut zelf werd na een uur bereikt en deze was gesloten, iets waar we gelukkig al van op de hoogte waren. Na een snelle lunch klommen we de hut voorbij richting een drietal hogere uitzichtpunten. De eerste en tweede werden bereitk maar deze vielen wat tegen omdat het zicht werd belemmerd door inmiddels uit de kluiten gegroeide bomen. Het hoogste punt lag vervolgens nog op een half uur lopen maar door knieklachten van Luus werd besloten om om te keren.j0

Terug op de camping werd er bijgekletst met de Booghjes die heel lief het avondeten hadden geregeld. Na een zwem/afkoelsessie in het meer werd met vereende krachten de pasta met knoflook/arabiata saus gekookt die werd vergezeld door lekker caprese met buffelmozzarella. Om elf uur gingen de oogjes dicht. Morgen lijkt het qua weer een iets mindere dag dus gan we een bezoek brengen aan Annecy.

Zoals belooofd hadden we vandaag nog een rustdag ingepland zodat delicate balans van rusten wandelen weer was hersteld. Bovendien gaf het ook de kans om vandaag nog eens uitgebreid de hypermarche in te verkennen. Na een ochtend die in alle rust werd doorgebracht, papa en mama hadden alle tijd om wat wandelkaarten te bestuderen voor potentiele nieuwe wandelingen, zette de colonne zich in gang richting de enige Hypermarche die de omgeving rijk is: de Carrefour in Sallanches.

De eerste keer shoppen in een Franse supermarkt is altijd een beetje een feest der herkenning en tegelijktertijd ook weer niet. De Booghjes en de Vadertjes namen er deze keer ruim de tijd voor en na twee uur was het eeven bibberen bij de kassa. De lunch bij terugkomst op de camping was wel een indrukwekkende met visballetjes, rillettes, gedroogde worst en heerlijke kaasjes. Dat alles vergezeld van Panache en Tourtell. Na de lunch lonkte het meer vanzelfsprekend en werd er druk gezwommen, met de frisbee gegooid en geluierd in de schaduw. Dat de Fransen ook vakantie hebben was goed duidelijk, we hadden het nog nooit zo druk gezien sinds we hier 2018 voor het eerst kwamen.

Na een snelle douche was het tijd voor het avondeten en daarvoor zetten we koers naar restaurant Les Criques, gelegen aan het Lac de Passy.

In de schaduw van de bomen werd er heerlijk gegeten van de (vega)-burgers, zalm, salades en steaks terwijl we de sneeuw en gletschers roze zagen kleuren in de ondergaande zon. Na het eten was het in het donker tijd voor een rondje rond het meer terwijl de sterren boven ons tevoorschijn zagen komen. Morgen weer tijd voor een wandeling, waarschijnlijk Refuge de Cerro.

De wekker stond vanochtend om half negen, even geen haast. De dag stond een beetje in het teken van onze buren en beste vrienden, de Booghjes die gisteravond uit Nederland waren vertrokken. Na zeven keer eerder afgesproken te hebben om met elkaar de zomervakantie door te brengen waren we het er allemaal over eens dat een achtste keer ook erg leuk zou zijn. Terwijl mama maximaal gebruik maakte van de campingtijd door een wasje te draaien werd er ook nog een bezoekje gebracht aan de receptie. Een week geleden hadden we de plaek naast ons veilig gesteld maar de camper die er stond leek vanochtend geen enkele aanstalten te maken om te vertrekken.

Uiteindelijk bleken de camper te moeten verhuizen naar een andere plek op de camping en toen de Booghjes rond half twee aankwamen was de plek naast ons keurig leeg. Na een lunch in de schaduw werd besloten dat een duik in het meer op dat moment een hogere prioriteit had dan het opzetten van de tent en dat bleek een juiste beslissing. Volledig afgekoeld werd de tent aan het einde van de middag alsnog opgezet en werden de tafels en stoelen verzameld bij onze tent voor het avondeten. De kipspiesjes, tabouleh, salade en stokbrood werden weggespoeld met biertjes van de Brasserie du Mont Blanc.

Iedereen kroop vanavond mooi op tijd zijn bed in.

Een van de mooiere en tegelijk ook vriendelijke wandelingen in de omgeving is die naar de Chalet des Pyramides, een hut gelegen op een graat die is ingeklemd tussen twee gletschers: de Glacier des Bossons die zich een weg baant van de zuidzijde van de Mont Blanc en aan de andere kant Galcier de Taconnaz die van de flanken van de Aiguille de Gouter naar beneden ” stroomt”. Hoewel de wandeling vanuit het dal kan worden gestart kozen we er voor om osn voor het eerste deel naar boven te laten takelen met de Telesiege de Bossons, een stoeltjeslift die ons op en hoogte van 1425 meter bracht.

Het weer was vandaag weer perfect met in de ochtend nog indrukwekkende wolkenbanken die het zicht op het Mont Blanc massief blokkeerden. De zon won het in de loop van de ochtend steeds meer en toen we om kwart voor tien op pad gingen, zagen we al delen sneeuw en ijs door de wolken heenkomen. Bij aankomst verbaasden we ons over het feit dat de parkeerplaats m tien uur al vrijwel vol stond, het effect van mooi weer op een zaterdag in het hoogseizoen. Bij de lift zelf konden we direct doorlopen en even later stonden we aan het startpunt van de klim die zo’n anderhalf uur in beslag zou moeten nemen.

De klim omhoog ging fantastisch, alleen onderbroken door Kilian die op de hoogte was van de Cookies au Chocolat die in de rugzak zaten. Het kon niet anders dan dat deze na een half uur soldaat gemaakt moesten worden. Het pad slingerde langzaam en soms wat steiler omhoog door een mooi loofbos en kwam uiteindelijk uit op een passage met wat trappen en kettingen in de rotswand.

Uitzicht op de vallei van Chamonix

De hut was op dat moment al boven ons in zicht. Na inderdaad anderhalf uur kwamen we aan bij de hut die gesloten bleek te zijn vanwege stormschade aan het dak. Gelukkig waren we goed voorbereid met stokbrood, kaas en worst, pistachenootjes en oerhollandse winegums. We liepen even voorbij de hut waar we een plek vonden op een soort arendsnest met prachtig uitzicht op de Glacier des Bossons en de Aiguille du Midi. Met zo’n uitzicht kon de lunch wat papa en mama betreft niet lang genoeg duren maar onze tieners hadden er na drie kwartier genoeg van en de afdaling werd ingezet.

Waar Luus de weg omhoog had voorop had gelopen zou Kilian dat op de terugweg doen maar al vrij snel maakte hij een misstap waardoor hij viel en zijn knie bezeerde. De weg naar beneden werd daardoor een uitdaging waarbij hij het grootste deel zelf naar beneden kwam, allleen het laatste deel nam papa hem op zijn rug. De stoeltjeslift bracht ons weer terug bij de auto waarna we in Sallanches boodschappen deden.

Voor het avondeten werd de barbecue weer tevoorschijn getoverd voor een aantal steaks met tabouleh en een salade met bizar zure dressing die direct werd gediskwalificeerd. Na het eten nog een snele duik in het meer met als opvallend resultaat twee bijna onderkoelde tieners, voor het eerst deze vakantie. Een warme douche deed wonderen en na een potje Uno Flip was het bedtijd. Morgen komen de Booghjes!

Ondanks de wat onrustige avond door het onweer hadden we vanochtend toch de wekker gezet op half acht met als doel de Telesiege de Glacier de Bossons. Vanaf daar loopt een mooe route over een graat die daarom alleen met mooi weer is aan te raden. Bij het controleren van het weerbericht vanochtend bleek dat er vanaf het begin van de middag toch wat onweer werd voorspeld, tijd om een ander plan te maken dus. Uiteindelijk viel de keus op een lichte wandeling naar een waterval, de Cascade du Dard. Met het boeltje weer ingepakt reden we even na 10 uur van de camping richting Les Pelerins, een voorstadje van Chamonix.

Omdat we eerdere ervaring hadden met deze wandeling vonden we moeiteloos een parkeerplek in een achteraf straatje waarna we 100 meter verder op de route terechtkwamen. Het weer was prachtig en we werden vergezeld door een snelstromende rivier met smeltwater. Na een kwartiertje lieten we de rivier achter ons en liep het pad een naaldbos in waar we even later werden verrast door de haarspeldbochten van de weg naar de Mont Blanc tunnel. Het pad liep op een bepaald punt kortstondig vlak langs de weg waar de file inmiddels alweer was ontstaan. Onze blikken kruisten even die van de verveeld kijkende chauffeurs waarna we weer verder omhoog klommen over een inmiddels best steil pad.

Na een half uur kwamen we tot onze eigen verrassing al aan bij de Refuge Cascade du Dard. De laatste keer dat we hier omhoog waren geklommen was een jaar of zes terug en ons tempo bergop lag inmiddels al een stuk hoger. Na ons even te hebben vergaapt aan het geweld van het neerstortende water gaf Luus aan dat ze zich niet zo goed voelde dus zat er weinig anders op dan rechtsomkeert maken en weer afdalen naar de auto.

Na de dagelijkse boodschappen en een lunch bij de tent pakten we de zwemspullen in en doken we onder een bewolkte hemel in het meer, mama koos er voor om lekker toe te kijken en viel spontaan in slaap. Het avondeten bestond deze keer uit een heerlijke tonijnsalade met het resterende stokbrood. Nadat papa en mama het badminton-record hadden gebroken (121 keer) werd er nog wat ge-petanqued tot een regenbui roet in het eten gooide. Een avondwandeling over de camping waarbij het opviel hoeveel huisjes er wel niet leeg stonden betekende het einde van de dag. Onder aanzwellend gerommel van een nieuwe onweersbui die ons nooi zou bereiken vielen we in slaap. Morgen gaan we richting de Telesiege de Glacier de Bossons.

De pain chocolat en het stokbrood met Port Salut (en voor alles onder de 16 de mierzoete Kit Kat ontbijtgranen…) werden vanochtend verstoord door wat gerommel in de verte. Het ontbijt was desondanks nog heerlijk in de buitenlucht maar niet veel later begonnen de eerste druppels te vallen. In de (party)tent werden er wat spelletjes gedaan op de telefoon of een serie gekeken op de tablet (Lucia). De voorspeling was ook wat vaag met wel een waarschuwing voor wat onweersbuien, in ieder geval geen dag om de bergen in de gaan. Als alternatief waren we het er over eens dat een dagje Chamonix wel erg leuk zou zijn dus werd de rugzak gevuld met wat truien, paraplu’s en rond het middaguur reden we de N205 op richting Chamonix.

De file voor de Mont Blanc tunnel was enorm, zo groot zelfs dat er op een aantal punten politie stond om het verkeer in goede banen leiden en er voor te zorgen dat ergen automobilisten waren die er aan het eind van de file er nog snel even tussen probeerden de ” piepen”. De situatie in Chamonix zelf was niet veel beter, alle parkeerplaatsen waren overvol en zelfs op een half uur lopen van Chamonix waren alle plekken langs de weg bezet. Terwijl we naarstig aan het bedenken waren wat we als alternatief konden gaan doen, viel het mama op dat we langs de spoorlijn reden en kwam op het lumineuze idee om in het eerstvolgende dorpje de trein terug te pakken naar Chamonix. Zo gezegd, zo gedaan. In Les Praz de Chamonix perkeerden we de auto in de schaduw op een kleine gratis parkeerplaats. Na een paar minuten lopen kwamen we aan op het stationnetje waar we even later al zwartrijdend (geen loket, geen automaat en geen conducteur te bekennen) op de trein naar Chamonix stapten.

Chamonix was weer de heerlijke mooie stad zoals we hem kennen. Mooie gebouwen, prachtig uitzicht op de Mont Blanc en de omringende scherpgepunte Aiguiilles en een gemeleerd publiek waarin bergliefhebbers zich mengden met de creme de la creme die zich vooral interesseerden in de dure winkels. Bij de lokale HSerpa-supermarkt kochten we onze lunch die we in een van de weinige parken die de stad rijk is op aten. Lucia scoorde een mooie poster voor thuis en daarna was het tijd voor een knipbeurt voor Kilian. Bij dezelfde kapper waar Lucia in 2018 een groot stuk van haar lokken had laten afknippen werd nu Kilian voorzien van een snel kapsel.

De rest van de middag werd besteed aan het slenteren door de winkels van alle bekende buitensportmerken (Mammut, North Face, Haglofs, Arcteryx) en werden er wat Macarons gegeten. Rond half vier stapten we op de trein terug naar Les Praz de Chamonix, deze keer wel netjes met een geldig kaartje. Bij terugkomst op de camping reserveerden we een tafel bij het pizza restaurant op de camping. Vroeger befaamd vanwege de fantastische pizza’s maar nadat het in andere handen was overgegeaan, was de kwaliteit van de pizza’s en de eigenaren dramatisch gekelderd en waren we er niet meer teruggekomen. Dit jaar waren er nieuwe enthousiaste eigenaren en deze zorgden inderdaad weer voor prima pizza’s.

Rond bedtijd werden we nog getrakteerd op een heftig onweer dat gelukkig op afstand bleef. De hoveelheid flitsen, het continue gerommel en de plotsling opkomende wind zorgde bij Lucia en Kilian voor wat slappe knieen maar na een half uur bleek het inderdaad voorbij te trekken en vielen we alsnog in slaap.

Wanneer we al onze tochten hier bekijken is er eentje bij die we inmiddeld een echte klassieker is geworden. Eentje die elke keer weer op het programma staat en eigenlijk altijd op een van de eerst dagen: de Brevent of zoals we hem zelf altijd noemen, de Stenenwandeling.

Om de drukte en de voortdurende hitte een beetje voor te zijn hadden we zelfs onze wekker op half acht gezet. Dit tot lichte frusrtatie van mama die weer een erg slechte nacht had gehad. Na het heerlijke Franse ontbijtje zetten we koers naar Chamonix waar de dagelijkse verkeersdrukte al was losgebarsten. Toch vonden we een plekje voor de auto en stapten we rond half elf in de eitjes van de Telecabine de Planpraz, gevolgd door de grote gondel van de Telepherique du Brevent.

Boven aangekomen werden we welkom gehete n door een licht verkoelend briesje en een weids uitzicht dat zich uitstrekte van het volledige Mont Blanc massief, ons eigen Lac de Passy tot de lichtgrijze steengletschers van Flaine in het noorden.

De wandeling bleek toch weer makkelijker te gaan dan de vorige keer en zelfs voorbij de afdaling naar de Refuge Bellachat waar we vorig jaar hebben overnacht aten we onze lunch.

Op de terugweg, die vooral omhoog gaat, werden we gelukkige vergezeld door wat bewolking die de ergste warmte een beetje verzachtte. Ondanks dat was onze watervoorraad er volledig doorheen toen we het hoogste punt weer bereikten.

Bij de Super-U in Passy werd de ergste dorst gelest en deden we de inkopen voor het avondeten (Caprese). Na het eten koos mama voor een uitgebreide douchesessie en vermaakten Luus, Kilian en papa zich met uitgebreid frisbee-lummelen inhet koele meer tot het donker begon te worden. Morgen zijn de voorspellingen niet slecht maar wel wat buitjes en daarom wordt er geshopped in Chamonix..

De zomer in Nederland was tot nu toe uitermate teleustellend verlopen. Vanaf het begin van het jaar was er enorm veel regen gevallen en zelfs de maand juli was erg wisselvallig. Het was dan ook wel erg wennen dat de temperaturen hier vanaf het opstaan erg snel opliepen. De verwachting was dan ook dat het rond de 35 graden zou worden… Met de sportopleiding van Lucia die na de zomer in het verschiet lag had ze papa voorgesteld om ’s ochtends rond het meer te gaan rennen. Papa vond dat natuurlijk een prima idee en rond acht uur huppelden ze de route rond het meer bij een tempratuur van al 22 graden.

Terug bij de tent was het tijd voor het ritueel waar Kilian al lang naar uit had gekeken: het ophalen van het ontbijt bij de boulangerie in Domancy. Zo gezegd, zo gedaan en een half uur later lag er een heerlijk ontbijtje voor de tent met croissantjes, pain au chocolat en baguettes.

Over het ochtendprogramma bestond geen enkele twijfel: zwemmen. De opblaas Alpaca werd weer opgepoetst en met een tas vol handdoeken zetten we koers naar het meer waar we in de schaduw van een van de grote bomen een plekje vonden. Na een aantal zwemsessies gingen de Luus en Kilian voor de Frites Saucisses en deelden papa en mama ook een kaal frietje.

De tweede helft van de middag was weer voor een boodschapsessie, deze keer in de Carrefour in Sallanches. De hitte was zoadnig dat we weer verlangend uitkeken naar de koelte van deze supermarche en we deden er ook opvallend lang over voordat we weer de parkeerplaats opreden met de winkelwagen. Bij een temperatuur van 39,5 graden aten we snel een ijsje in de schaduw en haasten ons terug naar de camping met alle ingredienten voor een eerste barbecue met kip- en garnalenspiesjes en merguez. De tabouleh en sla konden atuurlijk ook niet ontbreken. Dit alles werd door papa en mama weggspoeld met het eerste groene biertje van deze vakantie.

Na het eten trotseerden we alle natuurwetten (“nooit zwemmen na het eten”) en plonsen we opnieuw in het meer. Het was de enige manier om nog wat afgekoeld ons bed in te rollen. Rond half twaalf vielen we in slaap op een (gelukkig) rustige camping.

De hotelervaring in het bij ons zo bekende hotel was dit jaar wat wisselend. Papa en Kilian hadden een prima nacht maar mama en Lucia ontdekten laat op de avond dat een van de bedden niet leek schoongemaakt. Alle pogingen om hier wat op te vinden liepen voor mama uit op een rampzailge nacht. Met een onuitgespalen hoofd zat ze rond zeven uur aan het ontbijt, dat in vergelijking met de afgelopen keren behoorlijk aan kwaliteit had ingeboet.

Ons plan om om uiterlijk acht uur weer in de auto te zitten zodat we voor twaalf uur bij de receptie op de camoing zounden aankomen, lukte wonderwel. Het verkeer tijdens de laatste 300 kilometer was druk, vooral door het vrachtverkeer dat er gisteren nit was geweest maar om even na elf uur reden we langs de oevers van “ons” meer. De blijdschap was groot toen bleek dat we op een van de mooiste plekken op de camping waren ingedeeld, groot met schaduw van drie grote bomen. Terwijl mama even aan het kletsen was met onze overburen en daarna koffie ging halen bij de receptie, was de tent met hulp van Luus en Kilian al opgezet.

De hitte liet zich wel wat gelden dus toen ook de partytent was opgezet, snakten we allemaal naar een koele supermarkt. In de Intermarche in Sallanches kochten we eerst wat broodjes voor de lunch en werden de eerste voorraden ingeslagen, De prijs van de boodschappen viel best tegen en bleek helaas op hetzelfde niveau te liggen als de astronomische Nederlandse prijzen.

Terug op de camping werden de laatste klusjes in de tent gedaan en na een lekker bord pasta met de befaamde rauwkostschotel (a 7 Euro…) zetten we nog koers naar het meer voor onze eerste plons. Heerlijk afgekoeld doken we rond 10 uur onze bedjes in.

Met de vaste overtuiging dat het dit jaar tijd was voor iets nieuws waren we lang op zoek geweest. Na de best regenachtige vakantie van vorig jaar in Bretagne snakten we wel weer naar het hooggebergte en een bonte verzameling aan campings in Italie, Zwitserland en Frankrijk hadden de revue gepasseerd, met uiteindelijk één conclusie: Lac de Passy moest het toch weer worden. Dat lag niet eens zozeer aan de camping zelf maar vooral aan de ligging aan het meer en de fantastische omgeving.

Zoals ook bij eerdere edities ging de wekker om vijf uur en reden we om even na zessen weg. Als we de berichten moetsen geloven waren de wegen naar het zuiden een totale nachtmerrie door de Olympische Spelen in Parijs en de Formule 1 van België in Spa. Hoewel we nog in Nederland bijna van de weg werden gereden door een onoplettende dame bleek dat eigenlijk het enige bijzondere aan de hele reis. Wel weer overvolle parkeerplaatsen maar verder geen enkele vertraging. Het Ibis Hotel in Dijon verscheen dan ook voor half vijf aan de Franse horizon.

Nadat de kamers waren verkend zetten we koers naar de McDonalds voor de spijthap. Terug bij het hotel werd er nog even gehitstert en gedouched. Morgen nog drie uurtjes naar “ons” meer.