Al voordat we koers hadden gezet naar Frankrijk waren we door Erik al eens gewezen op een wandeling naar Lac Blanc. Een populaire route in het dal van Chamonix aangrenzend aan de ons welbekende Brevent. Met een deze week wat haperende zomer was het ons opgevallen dat het vandaag de mooiste dag van de week zou zijn. Omdat we voor Lac Blanc ons weer boven de 2000 meter moesten begeven was vandaag het moment aangebroken om deze wandeling nog te kunnen maken.

Na ons vaste Franse ontbijtje werden snel alle rugzakken ingepakt. Nicole en Roy hadden helaas aangegeven om liever op de camping te blijven, Nicole zag het nog wel zitten maar voor Roy was de gedachte aan een gondel en stoeltjeslift wat te spannend. Dat we niet de enigen waren die gebruik wilden maken van het mooie weer bleek al tijdens de rit naar Telepherique de Flegere. Al voor Chamonix kwamen we terecht in een file waardoor wat bij heel wat automobilisten voor de nodige stress zorgde. Ook het parkeren in Flegere was een uitdagende onderneming maar gelukkig vonden we in een klein straatje nog ruimte om te parkeren. Ook hier konden we weer bijna 100 Euro aftikken voor een rit in zowel de Telepherique de Flegere als de aansluitende Telesiege de l’Index.

De Telesiege takelde ons regelrecht de wolken in en we moesten best even wennen aan de hoogte en de kou. Wat voorzichtige doorkijkjes in de bewolking gaf ons wel hoop dat de bewolking verder weg zou trekken.

Dat bleek wel even te duren tijdens de wandeling van 1 uur en 15 minuten maar toch lieten de toppen en gletschers zich aan de overkant van de vallei zich voorzichtig zien. Met af en toe een pauze stapten we door, opvallend genoeg in het gezelschap van meerdere groepen Japanners die we nog op geen enkele andere wandeling waren tegengekomen. Hoewel papa en Erik vooraf hadden ingeschat dat het een makkelijke wandeling was (begin- en eindpunt lagen ongeveer even hoog) bleek er in werkelijkheid soms nog flink geklommen en gedaald te moeten worden. Toch kwamen we na twee uur aan bij ons eindpunt, in het gezelschap van een enorme groep andere wandelaars die de tocht naar boven hadden gewaagd.

Tijdens de uitgebreide pauze zagen we voor het eerst live hoe de berghut bij Lac Blanc werd bevoorraad door een helikopter, best een spectaculair gezicht. Voor de terugweg besloten we een andere route te nemen die ons direct bij de gondels van Flegere zou brengen en waarmee we de stoeltjeslift konden overslaan. Onderweg zagen we nog een luie bergmarmot en rond vijf uur stapten we weer in de gondels naar het dal, gelukkig nog ruim op tijd voor de laatste rit naar beneden.

Terug op de camping bleken Nicole en Roy zich prima te hebben vermaakt, mama stortte zich maar weer eens op een afwasje en papa en Erik reden snel naar de Super-U voor de ingrdienten voor een barbecue.

Het was een onrustig nachtje geweest. Het begon met een grote vogel die midden in de nacht besloot om in de gote boom boven onze tent te gaan zitten. Het gekrijs had iets weg van een uil die last had van zijn luchtwegen. We besloten het gevleugelde beest dan ook de “Corona-uil” te noemen. Nadat het beest elders zijn toevlucht had genomen barstte er opnieuw een flinke regenbui los die de rest van de nacht en een groot deel van de ochtend zou duren.

Na een supermarkt ontbijt werd er wat rondgelummeld in de tent en had mama wat tijd voor een wasje. Toen de lucht opklaarde aan het eind van de ochtend begon het toch wat te kriebelen om nog in beweging te komen en in overleg met de buurtjes besloten we om naar Megeve te rijden. In een Franstalig boekje met wandelingen naar watervallen en meren in de omgeving stond een relatief eenvoudige en korte wandeling vermeld die we in een paar uurtjes konden doen. Na een rit van een klein half uur vonden we een plekje in een parkeergarage en liepen we naa buiten waar we onthaald werden op een nieuwe regenbui. Een snelle blik in de lucht liet zien dat het niet ging om een kort buitje en met de staart tussen de benen reden we de berg weer af om er achter te komen dat het in het naburige dal waar de camping lag nog steeds droog was. In Combloux werden er door Erik en Nicole nog heerlijke frambozen- en aardbeien tartelletjes gekocht die we op de camping soldaat maakten.

Om toch nog te wandelen volgden we een aantal bordjes bij de camping om na een half uur te stranden in een van de buitenwijken van Sallanches waar geen wandelbordje meer was te vinden. De terugweg werd ingezet en het lukte ons gelukkig wonderwel om een andere en veel leukere route te vinden die liep langs La Bialle, een klein riviertje dat eindigde in ons eigen Lac de Passy.

Het avondeten was supermakkelijk: tijdens de rit naar Megeve was het de jeugd opgevallen dat er aan het begin van Megeve een McDonalds was gevestigd in een pand dat iets weg had van een chalet. De rit naar Megeve werd opnieuw afgelegd om er achter te komen dat het daar nog steeds regende. De McDonalds zelf bleek wat matig met een vieze vloer en in sommige gevallen halflauwe frietjes. Bij terugkomst op de camping was er geen afwas, dat dan wel…

Voor vandaag stond er niet veel gepland. Een bewuste keuze omdat de Booghjes nog wel wat rust konden gebruiken na de stressvolle voorbereiding van de vakantie en de lange reis. Papa reed samen met Erik naat de Grand Frais versmarkt met aangrenzende boulanger voor het ontbijt.

De weersverwachting voor vandaag was wat matig, vooral later op de middag, en de kinderen hadden zwemmen in het meer als heilig doel gesteld. Na het ontbijt werden de zwemspullen gepakt, inclusief de oplaasbare unicorn van Lucia, en werd er een mooi plekje bij het meer uitgezocht. In een warm zonnetje maar met een fris windje was het best lekker zwemmen en Gwen, Lucia, Roy en Kilian leverden midden op het meer een strijd om alle opblaas-attributen.

Lunchen deden we bij de tent onder een inmiddels bewolkte hemel en halverwege de middag werden er boodschappen gedaan bij de Carrefour. We liepen wat verbaasd de supermarkt uit toen bleek dat de zon opeens weer uitbundig scheen. Dat gaf ons wel de kans om met z’n allen uitgebreid te borrelen op de camping. Iets waar we later wel weer van terugkwamen toen de regen zicg toch echt aankondigde en we overdekt ons potje voor acht personen moesten koken: twee soorten pasta (tomatensaus en tomatensaus met gehakt) en een hele lekker Caprese salade.

Het is al jaren traditie dat we een deel van de vakantie doorbrengen met onze buren/vrienden, de Booghjes. Na twee keer Concarneau, een keer Freudenstadt en een keer Lac de Passy hadden we dit jaar weer een week overlap ingepland. Net zoals ons stressvolle vertrek was ook hun voorbereiding door de Corona allesbehalve ontspannen geweest maar gekukkig waren alle tests negatief en kon de vakantoe doorgaan.Vandaag was hun geplande aankomst en aangezien de weersverwachting wat twijfelachtig was, hoopten we vooral dat de tent opgezet kon worden voordat de regen zou losbarsten.

na een ontbijtje in een voorzichtig zonnetje rommelden we wat rond de tent en vermaakten we ons met een potje badminton en wat rommelen rond de tent. Na een vroege lunch verplaatsten we ons naar de tafeltennistafels aan het begin van de camping. Rond half twee kwamen ze na een nacht doorrijden aan en aangezien de receptie nog dicht was liepen we naar ons plekje voor een koude Panache en wat chips. Gwen, Lucia, Roy en Kilian konden niet wachten om te gaan zwemmen en met de badpakken en zwembroeken aan rende het viertal richting het meer.

Na drie uur werd met vereende krachten de tent opgezet en toen alles stond reden we naar de Super-U in Passy voor het avondeten: Franse Steak Hache (hamburgers) op een hamburger broodje a la brioche, een salade en een bak rauwkost. Na het eten was het nog tijd voor een potje Uno tot het donker werd.

Eerder deze vakantie hadden we fijn gewandeld bij Les Houches, waar we ondanks een bewolkte dag toch naar boven waren gegaan. Tijdens de klim hadden we al het idee dat de wolken mooi uitzicht op het de bergen rond Chamonix belemmerden waardoor we wel een keer terug moesten komen. Met een voorspelling van een onbewolkte en warme dag was er geen beter moment dan vandaag.

Met een relatief makkelijk ontbijt reden we nog voor tien uur van de camping weg om na 20 minuten aan te komen in Les Houches. De gondel bracht ons naar 1800 meter en voor de mentale voorbereriding waagden we ons eerst aan een kop koffie of in het geval van Lucia aan een cappuccino. Vanaf het terras van het hutje zagen we de verijsde hellingen van de Aguille de Bionassay glimmen in de zon, het was inderdaad een perfecte dag.

Om Lucia en Kilian tegemoet te komen en om het voor onszelf wat afwisselend te maken kozen we er voor om de route precies andersom te lopen met een geleidelijke klim omhoog en een wat steiler pad in de afdaling. Al tijdens de eerste minuten keken we elkaar wat lacherig aan vanwege het enorme verschil met de eerste wandeling. De kleine, grijze wereld had plaats gemaakt voor een groots uitzicht op de vallei van Chamonix. Van de Zwitserse bergen in de buurt van Col de Balme, de top van de Brevent van onze eerste wandeling tot aan de Mont Blanc en alle omringende vierduizenders. Ondanks de mooie plek viel het met de drukte erg mee, met de zwaarte van de wandeling ook want na een uur waren we op het hoogste punt, Mont Lachat op 2115 meter.

Met onze billen tussen de bloemen van de alpenweide werd het brood, worst en kaas en wat gekookte eitjes tevoorschijn gehaald voor de lunch. We werden getrakteerd op het gebulder van lawines die sporadisch van de Glacier de Bionassay naar beneden kwamen.

Papa en mama hadden wel de hele middag op deze plek kunnen zitten maar na een poosje vond de jeugd het genoeg en zetten we de afdaling in. Onderweg werd nog een flink stuk quartz meegenomen voor in de tuin in Nederland en rond twee uur waren we weer beneden in het dal.

Met een verdiende rustdag voor de boeg was het tijd voor wat achterstallige klusjes, naast een plons in ons thuis-meer natuurlijk. Het ontbijtje was weer van de bakker en papa had gezorgd voor wat lekkers bij de koffie. De nacht was erg slecht geweest doordat een Nederlandse jongen achter ons in het holst van de nacht de camping bij elkaar begon te schreeuwen tijdens een nachtmerrie. Daarna barstte er een urenlange regenbui los die de rest van de nacht duurde. De nieuwe tent bleek tijdens regen een stuk meer lawaai te produceren dan onze vorige en dat was even wennen. Om acht uur ’s ochtends werd het pas voorzichtig weer droog.

Na een ontbijt in de tent, voor het eerst deze vakantie, maakten we ons op voor een ritje naar Scionzier om bij de Decathlon de koelbox terug te brengen die achteraf niet nodig bleek te zijn. Dit lukte zonder veel problemen. Vlak in de buurt wisten we uit een van de vorige jaren een bakkertje waar we toen heerlijke taartjes hadden gegeten. Aangezien het na de Decathlon lunchtjd was, was dat het enige logische doel. Deze keer hadden we allemaal trek in Pizza en dat bleek een goede keus. We waren het er allemaal over eens dat deze veel beter waren dan de pizza’s op de camping.

Bij thuiskomst het boeltje ingepakt voor een zwemsessie, het wolkendek was in de loop van de dag weer zo goed als verdwenen. Even later besloten om ook het avondeten mee te nemen naar het meer. Met uiztciht op de omringende bergen aten we wat er nog was overgebleven van de pizza, stokbrood met brie en een lekkere salade. Morgen gaan we weer hogerop.

Na een wat matig nachtje waarbij we allemaal wat minder hadden geslapen werden we vanochtend om 7:45 gewekt door de wekker. Het plan voor vandaag was om richting La Tour te rijden, een dorp voorbij Chamonix op een aantal minuten rijden van de Zwitserse grens. Twee jaar geleden waren we al eens vanuit het nabij gelegen Vallorcine met een gondel omhog gegaan en gewandeld naar de Col de Balme. Vanuit La Tour liep ook een tweetal gondels omhoog die ons direct bij Col de Balme konden afzetten, van daaruit wilden we de Zwitserse grens over wandelen.

Na het verzamelen van alle spullen, kleding, lunch en allerhande accessoires zaten we nog voor tien uur in de auto voor de rit van drie kwartier. Weer een smak geld lcihter namen we plaats in de “eitjes” van de Telecabine de Charamillon die bijna naadloos overging in de Telesiege des Autannes stoeltjeslift die eindigde op 2181 meter. De hut van Col de Balme lag op een steenworp afstand maar onze aandacht werd direct getrokken door een bordje dat verwees naar Refuge Albert Premier. Een blik op de wandelkaart leerde dat deze hut pal naast de Glacier de Tour lag en die verleiding konden we niet weerstaan.

Het pad was omgeven door bloeiende alpenroosjes begon heel vriendelijk. Pas na een half uur begon het pad te zigzaggen en steiler te worden. Na wat klauterwerk kwamen we bij een klein sneeuwveld en toen we deze eenmaal waren gepasseerd ging het pad best steil verder over de rug van een gletschermorene. Lucia zag het vlak onder de hut inmiddels echt niet meer zitten en we zagen dat de bewolking ook toe begon te nemen. Omdat de hut zo dichtbij was liet papa zijn rugzak achter en liep snel het laatste deel van het pad tot aan de hut om te concluderen dat er wel erg spannende stukjes in zaten. In combinatie met de steeds lagerhangende bewolking was de enige conclusie om af te dalen. In de miezerregen daalden we af om twee uur later weer vergezeld door een voorzichtig zonnetje bij de stoeltjeslift aan te komen.

Het avondeten vond plaats bij de lokale McDonalds in Sallanches en bij terugkomst op de camping bleek het ook daar wat te miezeren, dit bleek gelukkig van korte duur. Kilian vond eindelijk een voetbalmaatje die in het vakantiehuisje tegenover ons bleek te verblijven. Morgen een rustdag met als het goed is weer aardig weer.

Volgens de wetten van deze vakantie was het vandaag tijd voor een dag om de benen wat rust te geven, niet dat het gisteren een bovenmatige inspanning was geweest maar de afwisseling wandelen/rust wordt door Luca en Kilian nauwlettend in de gaten gehouden. Ook vanochtend geen ritje naar de boulanger maar gewoon supermarkt-croissantjes met Chocopic cornflakes voor de kids. Het weer was ondanks de wat wisselende berichten nog steeds prima, zo goed dat we het plan hadden opgevat om ’s ochtends in ieder geval te gaan zwemmen. Mama had de afgelopen week met een schuin oog naar de inhoud van de waszak gekeken die zich elke dag verder had gevuld en besloot om zich in de ochtend op de was te storten.

Met de spullen voor het meer ingepakt vroeg Kilian heeeeeeel aardig of we niet eerst even langs de speelgoedwinkel konden rijden. ZIjn radiografisch bestuurbare auto was zo’n succes dat hij de rest van zijn vakantiegeld wilde uitgeven aan een op afstand bestuurbare boot. Aangezien we best mooi op tijd waren reden Papa, Lucia en Kilian langs de Jouer Club in Sallanches en omdat we daar niet konden slagen vervolgens naar de speelgoedwinkel in Scionzier. Daar werd gelukkig de perfetce boot gevonden en met de nieuwe aanwinst liepen we naar ons meer bij de camping.

Kilian was zo enthousiast dat hij achter de boot het water inplonsde met de controller nog in zijn handen, de boot deed helemaal niets meer… Nadat papa de controller helemaal had gedemonteerd en hem een kwartiertje in de zon had laten drogen zat er gelukkig weer wat leven in. Na de lunch bleek de was inmiddels ook klaar en om toch nog wat beweging te hebben liepen we een rondje rond het meer.

Aan het einde van de middag begaven we ons naar het restaurant op de camping om wat te drinken en een pizza te eten. De pizza’s waren op de dag van aankomst nog wel aardig geweest maar nu was het allemaal erg matig met als dieptepunt de pizza van mama die we terugstuurden naar de keuken omdat deze van onderen compleet zwartgeblakerd was. Op zich werd het netjes opgelost maar het was wat ons betreft wel de laatste keer dat we daar hebben gegeten.

De weersverwachting had voor vandaag geen overtuigend mooie dag voorspeld maar omdat het niet totaal hopeloos leek maakten we ons toch op voor een wandeling. Mama had een tocht op het oog bij Le Tour waar we wandelend de Zwitserse grens over zouden steken maar omdat de weersvoorspelling er voor dat gebied net wat minder uitzag dan wat dichterbij Chamonix werden de plannen last minute gewijzigd naar Les Houches.

We waren mooi op tijd weg, op zondag waren er geen verse croissantjes dus hadden we de de dag ervoor al de fabrieksversie van de Carrefour in huis gehaald. Best te eten overigens. Les Houches lag op een kwartiertje rijden en na het vinden van een parkeerplaats liepen we naar de Telepherique Les Houches-Bellevue die ons naar een hoogte van net iets meer dan 1800 meter zou takelen. Vanuit het dal konden we al zien dat de kabelbaan halverwege de bergwand in de wolken verdween maar bij het kopen van vier kaartjes (60,- in totaal) werden we daarvoor niet gewaarschuwd zoals dat bi de Brevent in het verleden wel was gebeurd. Niet dat de wolken ons op andere gedachten hadden gebracht, het ging ons om de wandeing en wie weet zou het in de loop van de daf nog opentrekken. Boven aangekomen besloten we eerst nog om ons moed in te drinken met een extra kop koffie, ook Luus waagde zich met succes aan een Cappucino.

Het pad begon naast de hut en we werden meteen aardig op de proef gesteld toen het pad meteen behoorlijk steil omhoog ging. Al zigzaggend liepen we door de dichte mist naar boven met om ons heen een overvloed aan mooie alpenbloemen. Binnen het uur kwamen we aan op het hoogste punt waar we echt geen enkel zicht hadden op de omringende bergen, onderweg hadden we wel heel wat plekken gehad waarbij we de diepte als het ware konden voelen. We namen ons dan ook voor om deze wandeling zeker nog eens te gaan doen met mooi weer. Na een broodje vlak naast het spoor van de Tramway du Mont Blanc daalden we weer af, deze keer via een andere route die een stuk minder steil bleek te zijn.

Aangekomen bij de Telepherique zagen we heel langzaam gaten in de wolken ontstaan en nadat de gondel ons weer veilig in het dal had afgezet zetten we Lucia en Kilian af op de camping om vervolgens boodschappen voor het avondeten te halen in Sallanches. Op het menu stond een simpel soepje (tomaat voor alles onder de 13 en een 12-groentensoep voor de volwassenen onder ons) met een tomaat/komkommer salade en wat tabouleh. Na het eten liepen we onder een grotendeels wolkenloze hemel naar het meer voor we een potje 2 vs 2 beachvolleybal en wat gestunt met een lichtgewicht vliegtuigje van Kilian. Op verzoek van Lucia deden we in de tent nog een potje Mens Erger je Niet waarna we rond 11 uur het licht uitdeden.

Na de pittige wandeling van gisteren kon het anders dan dat we vandaag weer de rustig aan gingen doen. Zonder een wekker te zetten reed papa deze keer alleen naar de bakker, enigzins ontstemd omdat we er achter waren gekomen dat onze koelkast het af liet weten. Na het ontbijt onze buren uitgezwaaid waar we al een week naast hadden gestaan zonder contact, maar zoals zo vaak vlak voor vetrek mee in gesprek waren geraakt.

Omdat de weersverwachting liet zien dat er in de middag kans op onweer was ploften we in de ochtend neer bij een heerlijk rustig meer met af een toe een voorzichtig zonnetje. Ondanks dat wel heerlijk qua temperatuur. Terug bij de tent de lunch afgesloten met een glas lauwe melk waarna we volledig overtuigd van het nut van een goede koelkast in de auto sprongen. Op aangeven van de camping reden we naar de Darty/FNAC in Sallanches waar een vriendelijk verkoper zijn best deed om ons een complete koelkast met deur en vriesvak te verkopen, niet echt tentproof dus. De Decathlon in Scionzier had gelukkig wel wat modellen voor op de camping en met een wel wat kleiner model dan we gewend zijn reden we terug.

Onderweg scoorde Kilian nog een radiografisch bestuurbare auto en deden we snel nog wat boodschappen bij de Carrefour.

Na een rauwkostschotel, merguez, wortel/selleriesalade en voor Luus wat Sushi sloten we de dag af met wat tafeltennis. De klapper van de dag bewaarden we tot het eind toen we de stekker van onze defecte koelbox toch nog eens aansloten en het ding vrolijk heerlijk koud begon te worden. Gelukkig is het retourbeleid van de Decathlon heel soepel…